De samenzwering van twee zenmeesters

Nooit weer vragen hoe je een boeddha moet worden, want dat ben je al.
Leef het maar uit, baby!

 
Er kwam eens een man bij Lin Chi, een groot zenmeester, die zei: ‘Ik voel me heel erg verstoord. Ik zou graag zelf een boeddha worden. Wat moet ik doen?’

Lin-Chi Yichuan, geboren in China, overleden 866 na Chr.
 
Lin Chi joeg hem weg met zijn staf, de tempel uit. Hij sloeg hem hard, de man zette het op een lopen en hij joeg hem de tempel uit.
Iemand die stond toe te kijken zei: ‘Dit is wel erg hard. Die arme man heeft niets verkeerds gevraagd. Hij heeft gewoon een religieuze vraag gesteld en hij zag er erg oprecht uit. Je had zijn ogen moeten zien, zijn gezicht. Hij had echt een lange reis gemaakt om u op te komen zoeken en hij stelde een simpele, oprechte, religieuze vraag: hoe moet je een boeddha worden. En het lijkt wel heel erg hard voor die man wat u gedaan hebt, en onterecht ook.’
Lin Chi zei: ‘Ik heb hem weggejaagd omdat hij iets absurds vroeg. Hij is al een boeddha. Als hij het gaat proberen loopt hij het mis. En als hij kan inzien waarom ik hem heb geslagen en heb weggejaagd, dan moet hij alle moeite laten varen. Er valt niets te bereiken, hij moet gewoon zichzelf zijn. Hij moet gewoon zijn wat hij ook is…’
 
De arme zoeker ging naar een andere meester, van mening dat Lin Chi gek was: ik stel een simpele vraag en hij geeft me een harde klap en jaagt me dan de tempel uit. Hij is helemaal krankzinnig. Hij ging naar een andere meester, een meester die tegen Lin Chi was. Hun kloosters lagen vlakbij elkaar in dezelfde heuvels. Hi ging daar heen. Hij had het gevoel: deze man heeft vast gelijk, want hij is tegen Lin Chi. En nu weet ik waarom hij tegen is.
Hij ging naar de meester, de andere meester, en stelde dezelfde vraag. De meester zei: ‘Bent u ooit bij een andere meester geweest?’
Hij zei: ‘Ja. Maar dat was een vergissing van mij om daarheen te gaan. Ik ben naar Lin Chi geweest. Hij heeft me hard geslagen en de tempel uit gejaagd.’
Plotseling werd de meester heel woest, alsof hij hem wilde vermoorden. Hij trok zijn zwaard uit zijn schede en de man rende weg.
De meester zei: ‘Wat denk je wel? Houd je me voor een domme? Als Lin Chi dat kan, zal ik je helemaal doodmaken.’

Hij vroeg onderweg aan iemand wat hij nou moest doen.
De man zei:‘Ga gewoon terug naar Lin Chi, hij heeft meer mededogen.’
Dus dat deed hij.
 
Toen hij terugging vroeg Lin Chi: ‘Waarom ben je teruggekomen?’
Hij zei: ‘Die andere man is gevaarlijk, nog gevaarlijker dan u. Hij zou me helemaal doodgemaakt hebben. Hij lijkt wel een maniak, een woesteling.’
Lin Chi zei: ‘Wij helpen elkaar. Het is een samenzwering. Blijf nou maar hier en vraag nooit meer hoe je een boeddha moet zijn, want dat ben je al. Je moet gewoon leven. Je leeft als een boeddha. Je maakt je niet druk, je probeert er niet een te worden.’
En hij raakte verlicht.


Niets te doen, nergens heen te gaan:
bespiegelingen over de leer van zenmeester Lin Chi.

Dit is de grootst mogelijke leer: je leeft het uit.
En dit is wat ik zou willen dat jullie ook deden. Je leeft het uit. Je hoeft je niet druk te maken om iets te worden, je bent het al. Een boeddha zijn is een kwestie van zijn, nooit een kwestie van worden.
Je kunt het nooit worden. Hoe kun je een boeddha worden?
Hoe kan een gewonde steen een diamant worden? Ze is het of ze is het niet. Worden is niet mogelijk.
Dus jij beslist: of je bent het of je bent het niet.
Als je het niet bent, vergeet het dan maar helemaal.
Als je het wel bent, hoef je er niet over na te denken.
Hoe dan ook, wees gewoon wat je ook bent en door dat gewoon te zijn krijg je alles te pakken…

Er zijn geen wegen die beter of slechter zijn. De weg bestaat niet, want de weg betekent dat er iets moet worden. De weg betekent dat je een bepaalde afstand moet reizen. De weg betekent dat jij en het doel gescheiden zijn. De weg is mogelijk als ik moet reizen om bij jou te komen, de weg is mogelijk als jij moet reizen om bij mij te komen, maar hoe is de weg mogelijk als ik probeer om mezelf te zijn? Er is geen afstand.
Als je probeert om jezelf te bereiken, is de weg niet mogelijk. Er is geen ruimte, geen afstand. Je bent jezelf al, er bestaat geen weg.

Daarom wordt zen het padloze pad genoemd, de poortloze poort.
De poort is er niet en dit is de poort.
Het padloze pad – het pad bestaat niet, en dit te begrijpen is het pad.
Wat zen probeert is om je onmiddellijk op je realiteit te gooien.
Het is niet nodig om het uit te stellen.

Osho, The Grass Grows by Itself – Talks on Zen, pp. 87 – 90.
 
Afbeeldingen:
http://www.firstzen.org/Images/Book_The_Record_Of_Lin_Chi.jpg
http://s1.dmcdn.net/Vadj3/x240-PMH.jpg

Uit de serie 1001 verhalen, verzameld door Shanti. 
Eerder verschenen in het Engels in Osho News, www.oshonews.com.

Vorige verhalen


Bayazid stelt de koning op de proef


Rekensommetje met schapen


De warme toetssteen


Is uw theorie wel krankzinnig genoeg?


Rinzai bij de slager