Puja

‘Sinds Osho in mijn leven is gekomen
 voel ik me veel gelukkiger.’

Ma Prem Puja
(‘Worship through Love’)

Geboren in 1939 te Voorburg
Ontving sannyas in 1988

Ik herinner het me nog zó goed. Vlijmscherp. Ik kwam de Boeddhahal binnen, voor de White Robe. En toen klonk het vierde Hoornconcert van Haydn. Alles viel samen. Het sannyasin-zijn en mijn ;oude’ leven. Ik voelde me opgenomen, helemaal mezelf, helemaal heel.

Ik had in de jaren hiervóór te weinig tijd vrij kunnen maken voor de muziek. Met mijn baan (docente Frans) en de vele groepen die ik deed had ik daar geen tijd voor. Ik had weliswaar erg genoten van de Osho-liedjes en de mantra’s. Ik had de bandjes grijs gedraaid. Maar kennelijk was de behoefte aan klassieke muziek een poosje weggeraakt. En nu … de hemel ging open. Ik was héél. En dat op dié plek!

In diezelfde tijd in de Ashram: ik danste in de Boeddhahal; ik wachtte geloof ik op een meditatie, het was middag. Ik weet niet eens meer of ik Osho op een video zag of dat hij gewoon voor mijn ogen stond. Nee, hij moet op een video gestaan hebben, want hij zat in zijn stoel en er was groot beeld. En toen zei Osho in het Nederlands ‘meidje’ tegen mij, in mijn hoofd. En ik voelde me zó gezien en geaccepteerd, en heel, heel gelukkig.

Ik had al lang uit de verte gekeken naar Bhagwan, en die mensen in het rood. Met veel belangstelling. Eigenlijk heeft een vriendin van mij, Willy Bakker, een voortrekkersrol voor mij gespeeld. Ze werd al jaren dermate geplaagd door dwanggedachten dat ze niet meer kon lesgeven. Ze telde alle lettergrepen en er speelden tegelijkertijd liederen in haar hoofd. Ze was wanhopig en zocht hulp. Ik weet nog dat ik haar op de trein zette naar Veluweland in Lunteren. Na anderhalf jaar kwam ze eruit. Ze hadden haar niet kunnen helpen. De stoornis zat te diep. In de inrichting had ze kennis gemaakt met ‘Psychomoto’, zo noemde ze het. Haar enige hoop was iemand die haar dat soort therapie kon geven. Ze vond helaas geen therapeut die in die richting bezig was. Ze stond met lege handen. Tot ze van Bhagwan hoorde. Ze ging naar Poona. De kaart die ze me stuurde heb ik nog: ‘Ik heb het hier goed en ik lijk het hier nog te vinden ook.’

Ze werd Agamia Bakker. Terug in Groningen: de dwanggedachten waren niet weg, ze hoorde nog steeds die liederen in haar hoofd, maar ze had geleerd om ermee te leven. Een wonder. Niet dat ze nu kon lesgeven, maar zo overheersend was de stoornis niet meer. Ze was zo blij, en greep elke gelegenheid aan om haar vrienden en vriendinnen kennis te laten maken met Bhagwan en met meditaties. Ik vond het heerlijk om in haar huis de Kundalini te doen; dat deden we wekelijks. We gingen samen naar Satnam Rajneesh Meditatiecentrum, aan het Schuitendiep in Groningen. Ik was enthousiast over de relaxte sfeer daar, het eten was overheerlijk, ik was zelfs jaloers op die mensen in het oranje, maar het was niet iets voor mij, vond ik. Op de een of andere manier moest je er gestoord voor zijn, ‘ver heen’. En waarom moesten ze steeds zo lachen? Dat begreep ik niet. Ik las wel veel boeken, de verschillende delen van het Boek der Geheimen heb ik verslonden. Er was ook een boek van Ma Satya Bharti: ‘De Laatste Gok’ heette het….Hoe kon je zo gek zijn dat je en plein public je liet vernederen en je zo bloot gaf? Nee, ik niet!!

Tot ik verliefd werd op een man die al twee vriendinnen had. Hardstikke verliefd. Vanwege die andere vriendinnen werd ik op een rantsoen gezet van één middag + avond in de week. Ik voelde me vernederd, verdrietig, kwaad, en vooral wanhopig. Ik ervoer alle mogelijke emoties.

De man had ook iets bijzonders: de eerste keer dat ik bij hem kwam en zei dat m’n voeten koud waren, vulde hij een bakje met warm water en waste ze. Ik was wèg! Dát was pas aandacht! Hij was therapeut, en hij deed groepen, ook met z’n vriendinnen, en hij stelde me voor om met hem een groep te doen bij Siddharta. Dat wilde ik graag. Maar … ik merkte aan alles dat hij niet wilde dat ik me presenteerde als zijn vriendin. In die week heb ik van alles meegemaakt, en toen ik hem op een gegeven ogenblik openlijk in de groep, beschuldigde, kreeg niet híj, maat ík de wind van voren! Wat voelde ik me vernederd. Zielig. Klein en afgewezen. Maar ik had wel iets geleerd: ik besefte dat ik eraan moest gaan werken dat ik vaker in mijn leven als vijfde wiel, of derde wiel, had gefungeerd. Wilde ik dat dit anders werd, dan moest ik er zelf aan gaan werken. Hem kon ik niet veranderen. Ik moest mijn leven in eigen handen nemen.

Mijn vader en moeder waren heel gelovige mensen. Gereformeerd Synodaal. Vooral mijn vader was streng in de leer. Mijn moeder was bij haar trouwen overgegaan van de Hervormde Kerk naar de Gereformeerde Kerk; die was weliswaar wat strenger, maar dat gaf niet. Ik vond het wel leuk dat mijn moeder er niet zo zwaar aan tilde. Mijn vader zou zo’n overstap nooit gemaakt hebben. Op zondag moesten we twee keer naar de kerk. Dat heb ik altijd heel zwaar gevonden. Ik heb me daar ook vaak tegen verzet. Ik was een vrij moeilijke puber voor mijn ouders. Als oudste van zes kinderen moest ik het spits afbijten. Het allerergste vond ik de hypocrisie van de mensen in de kerk. Zulke plechtige gezichten, terwijl ze er niets van meenden als ze zongen. En die zonde die ons aangewreven werd zag ik helemáál niet zitten. In zonde ontvangen en geboren, dat zeiden ze in de kerk. Ik voelde me niet zondig. Natuurlijk was ik bij tijden kwaad, gemeen, dan was er altijd een reden, maar zondig? Nee!!

Groter verschil bestaat er niet: de manier van ‘geloven’ volgens mijn ouders, en wat Osho mij gegeven heeft. Agamia gaf mij een tekst: Forgiveness. ‘This is Christ’s special message. Het simply says ‘Thy sins are forgiven.’ He is not miserly about it. There is no condition attached.’ Ja, dat was het! Ik voelde mij bevrijd!

Sinds Osho in mijn leven is gekomen voel ik me veel gelukkiger. Het is net of ik thuis gekomen ben. Het geloof van mijn vader en moeder, en vooral die kerk, het heeft altijd zwaar op me gedrukt. Wat een wereld van verschil!!

In de groepen die ik in Uffelte, bij Suryo, deed, ging ik hoe langer hoe meer open, ik genoot van het leven, en ik ging met mijn nieuwe vriendje naar Poona, waar ik me over gaf aan Osho. Die mij ontving met ‘meidje’.

Groningen, 31 januari 2015
Puja Sturm

Lijst