Dassana

‘Ik zoek een Meester’

Ma Prem Dassana
(‘Liefde en Inzicht’)

Geboren in 1947 te Amsterdam
Ontving sannyas in 1978

“Ik zoek een Meester”. Deze zin uitte ik in het jaar 1976, in een tijd waar woorden als meditatie, spirituele meester en ‘zin zoeken’, op de overgrote meerderheid der mensen bevreemdend werkte.
Op zoek was ik al langer. Na de geboorte van mijn tweede zoon, was de voorstelling gelukkig en vervuld te zijn als ik maar eenmaal getrouwd was, kinderen en huis met tuin had, de herfstvacantie op Texel en de zomervacantie in Frankrijk doorbracht, een illusie gebleken. Hoe meer mijn leven het gekoesterde ideaalbeeld benaderde, des te sterker ontstond in mij een gevoel van onrust, ontevredenheid en verwarring.

Ik kon het niet begrijpen….mijn leven was, zoals ik het mij gewenst had en tegelijkertijd was dit onaangenaam knagende gevoel in mij aan de hand. Dat wat in mij knaagde was geen verlangen naar méér, maar een verlangen naar iets wat ik niet kon benoemen, een dorst die ik met geen enkele wensvoorstelling kon lessen. Tegelijkertijd voelde ik me schuldig vanwege deze ontevredenheid en kon noch mijn man noch goede vrienden duidelijk maken, wat er met mij aan de hand was. De paar keer dat ik het geprobeerd had uit te leggen, kreeg ik de indruk dat ze me egoïstisch en ondankbaar vonden.

De School voor Filosofie
Ik besloot iets nieuws te proberen en gaf me op voor een cursus aan de School voor Filosofie in Amsterdam. Ik stelde me voor, dat als ik me intellectueel weer wat meer zou ontwikkelen – nadat enkele jaren overwegend een bestaan als moeder en huisvrouw de inhoud van mijn leven uitmaakte – mijn toestand zou verbeteren. Ik ging er heen in de verwachting dat ik naar boeiende lezingen over o.a. Plato, Socrates, Hegel en Kant zou kunnen luisteren en me via interessante discussies met de grote vragen over het menselijke bestaan bezig zou kunnen houden.
Tot mijn grote verbazing ging het over zelfkennis. Kortom het was iets totaal anders dan wat ik me voorgesteld had, maar ik had het gevoel dat het precies het juiste was. Ik leerde bv. de eerste avond dat het er niet om gaat wat ik doe, maar hoe ik het doe. Handel ik volkomen automatisch en onbewust of breng ik aandacht in mijn handelen en weet dat ik deze handeling verricht…..ben ik aanwezig. Inhoudelijk was de school gebaseerd op de filosofie van Ouspensky, die op zijn beurt weer een volgeling van Gurdjieff was.

Gedurende mijn tijd op de School voor Filosofie ontdekte ik een nieuwe dimensie en daardoor meer diepte in mijn leven. Ik begon te ontdekken, dat er naast de uiterlijke, materiele kant van het leven, ook een innerlijke, immateriele werkelijkheid bestond. Ik leerde hoe ik mijn aandacht kon richten en na een paar cursussen gevolgd te hebben, werd ik ook ingewijd in mantra-meditatie. In de loop van de jaren aan de School voor Filosofie veranderde mijn leven positief en ik had het gevoel op de juiste weg te zijn. Geleidelijk werd ik me er echter van bewust, dat de mensen die al langer deze school bezochten, een soort spiritueel keurslijf begonnen te ontwikkelen. Het werd dogmatischer en iedere vorm van levendigheid en spontaniteit werd op een subtiele wijze onderdrukt.

Twijfels en onzekerheid
Ik merkte, dat het weinige aan spontaniteit en levendigheid in mijzelf in het gedrang kwam en ik belandde opnieuw in een periode van twijfel en onzekerheid. Aan de ene kant had ik hier een nieuw perspectief voor mijn leven gevonden, aan de andere kant merkte ik, dat ik onecht en hypocriet aan het worden was, door me te richten naar de spirituele idealen die me voorgehouden werden. Ik hoorde prachtige teksten over wijsheid en waarheid, maar ik ontdekte geen wijsheid en waarheid in mijzelf, noch ontmoette ik die in de mensen om mij heen. Wat ik waarnam waren spirituele maskers en houdingen, maar ik kon niemand ontdekken, die belichaamde wat we leerden. De mensen werden naarmate ze langer met de school verbonden waren steeds stijver en vromer. Ik ontmoette niemand, die ‘weten’ in ‘zijn’ omgezet had. Het was een pijnlijke ontdekking om te zien dat het meeste wat ik er geleerd had intellectueel was, maar dat er geen werkelijke verandering in mijzelf plaats gevonden had. Ik had een hoofd vol weten over waarheid, maar er was in mij geen waarheid ontstaan. Integendeel, ik werd steeds onechter. Vele jaren later las ik het boek ‘Spiritueel Materialisme’ van Chögyam Trungpa. Hij beschreef precies de egovalkuilen, waar ik in terecht gekomen was.

Er volgde weer een periode van vertwijfeld zoeken, cursusjes volgen en boeken lezen. In die tijd las ik het boek ‘Autobiografie van een Yogi’ van Paramahansa Yogananda. In dit boek beschrijft Yogananda zijn zoektocht naar waarheid en hoe zijn zoeken hem naar zijn Meester voerde. Tijdens het lezen werd het oude, diepe verlangen in mij weer wakker en ontdekte ik, dat het een verlangen naar waarheid, liefde en vrijheid was. Het deed zeer, mezelf te bekennen, dat ik me tijdens de jaren aan de School voor Filosofie met surrogaat waarheid tevreden had gesteld.

‘Hier is je Meester!’
Niet lang na het lezen van Yogananda’s Autobiografie sprak ik de zin ‘Ik ben op zoek naar een Meester’ uit tegen een vriendin, die net als ik de School voor Filosofie verlaten had en die me niet meteen voor gek zou verklaren. Het was natuurlijk absurd. In mijn levenssituatie op dat moment was mijn wens naar een Meester zo ongelooflijk bizar, dat ik soms aan mijzelf twijfelde.
De zin ‘Ik ben op zoek naar een Meester’ sprak ik uit in december 1976. Een half jaar later kwam de boven genoemde vriendin weer op bezoek, drukte me een paar boeken in de hand en zei: ‘Hier is je Meester!’. Eerlijk gezegd, twijfelde ik op dat moment ook aan haar verstand. Gelukkig was ik nieuwsgierig genoeg om nog dezelfde avond met het lezen van een van de boeken te beginnen. De titel was ‘Tantra, Spirituality and Sex’, geschreven (dacht ik toen nog) door Bhagwan Shree Rajneesh. Hoewel ik zoveel boeken over wijsheid en spiritualiteit had gelezen, zei zijn naam mij niets. Ik kan nog steeds niet goed beschrijven, wat er tijdens het lezen met mij gebeurde.

Plotseling biggelden de tranen over mijn gezicht, vervolgens moest ik door de tranen heen lachen, om dan opnieuw weer in huilen uit te barsten. Ik kon het niet geloven. Deze man sprak precies over datgene, wat zich in mij de laatste jaren had afgespeeld. Ik voelde me zo diep herkend in dat, wat ikzelf als ‘mijn gek zijn’ had vastgesteld. Bhagwan sprak over het zoeken naar vervulling, geluk en de vrijheid jezelf te zijn. Dat wij mensen vervulling en geluk buiten ons zoeken en daardoor ons gedragen als honden die in hun eigen staart proberen te bijten. Door vervulling en geluk buiten ons te zoeken, raken we uiteindelijk gefrustreerd en proberen dat dan met nog meer activiteiten of nog meer bezit voor onszelf te verbergen. Ik voelde me diep aangesproken en herkend. De diepte, die in mij resoneerde tijdens het lezen was mij tot op dat moment volledig onbekend. Ik begreep plotseling, dat ik toch niet op weg was gek te worden. In ieder geval was ik met deze gekte niet meer alleen.

Een dijkdoorbraak
Na het lezen van de boeken, wilde ik meer over Bhagwan te weten komen. Ik was er van overtuigd, dat hij een van die wijze mensen was, die al een paar eeuwen dood waren. Tot mijn grote vreugde ontdekte ik, dat hij leefde en dat men hem kon ontmoeten. Vervolgens vond ik uit, dat er een klein meditatiecentrum in Amsterdam was. Aangezien ik meer boeken wilde kopen, ben ik daar naar toe gegaan en ontmoette de eerste sannyasins. Gekleed in knaloranje met lange haren en een soort rozenkrans om hun hals, trof ik voor de eerste keer Niketana en Dharna. Ze leken mij van een andere planeet te komen en ik moet er in hun ogen ook tamelijk bizar uitgezien hebben, keurig en gecontroleerd, zoals ik in die tijd was. Ik kreeg mijn eerste ‘hug’ en was volledig in de war. Aan de ene kant wilde ik me niet uit deze warme omarming bevrijden, aan de andere kant wilde ik zo snel mogelijk wegrennen.

Nadat ik een paar keer in het centrum was geweest om nog meer boeken te kopen en ook een paar keer aan een meditatie had deelgenomen, kreeg ik langzaam een beeld van hetgeen zich in Bhagwans ashram in Poona afspeelde. Het joeg me de stuipen op het lijf. Ik had geen ervaring met therapie en de verhalen die ik hoorde op de meditatieavonden droegen er niet aan bij om daar iets aan te veranderen. Ik vond het allemaal doodeng en wilde er eigenlijk niets mee te maken hebben. Maar daar had ik buiten de waard Bhagwan gerekend. Door de diepe herkenning tijdens het lezen van het eerste boek, was er iets in mij geraakt en tot leven gekomen. Ik was ongewoon geëmotioneerd, kon weer voluit lachen, maar ook huilen, er kwamen hele nieuwe mensen in mijn leven en er ontstonden nieuwe situaties. Het was alsof er een dijk was doorgebroken en de vloed van het leven plotseling over mij heen stroomde en me meenam.

Eindelijk thuis
Drie maanden lang spookte er één zin door mijn hoofd: ‘Bhagwan ja …..,sannyas neeeeeeeen!’. Op een gegeven moment heb ik deze zin dan maar wat meer aandacht gegeven. Het ‘Bhagwan ja’ was me duidelijk. Ik inhaleerde zijn boeken alsof ze een levenselixer waren, ik voelde me diep geraakt, zoals ik me nog nooit in mijn leven geraakt gevoeld had. Hij sprak tegen mij, over mij, vóór mij. De herkenning resoneerde in mijn lichaam, gevoel en hoofd. Ja…Ja…Ja. Mijn hele wezen verlangde naar dat waarover hij sprak. Leven, liefde, vrijheid.

Het ‘nee’ tegen sannyas liet me glashelder zien, waar ik stond. O.k., oranje was niet bepaald mijn favoriete kleur, de mala….ik droeg liever een parelsnoer om mijn nek, een andere naam, nou ja, aan Marietta hing ik niet persé.
Uiteindelijk waren het geen onoverkomelijke hindernissen, maar waar vandaan kwam dan deze sterke weerstand? Op dat moment werd me duidelijk dat het de angst voor de meningen van anderen was. Hoe zouden mijn familie, vrienden, kennissen, buren, uiteindelijk de hele wereld over mij denken en op mij reageren?

De angst niet meer serieus genomen te worden, vreemd aangekeken en buiten gesloten te worden, daar lag de adder in het gras. Ik werd me ervan bewust, hoe afhankelijk ik van de meningen van anderen was, hoe aangepast, hoe onvrij. Dat was in volledige tegenstelling tot dat, wat ik bij Bhagwan las en wat mijn diepste verlangen gewekt had. Het verlangen naar de vrijheid mijzelf te zijn, mijzelf te leven. Dit inzicht loste alle weerstand ogenblikkelijk op. Ik sloeg de handen voor mijn ogen en sprong. Nog dezelfde dag schreef ik een brief aan Bhagwan, waarin ik hem om sannyas vroeg. Vier weken later kwam het antwoord met een mooie tekst en mijn nieuwe naam. Ik kan me nog goed herinneren, hoe mijn handen trilden, toen ik de envelop opende. Daar stond het: Prem Dassana. Liefde en Inzicht. Een nieuwe naam, een nieuw begin. Twee maanden later was ik in Osho’s Ashram in India. De eerste ontmoeting met Osho vond plaats tijdens mijn aankomst darshan. Het moment dat onze blikken elkaar troffen, toen ik vanuit het donkere gedeelte in het Lao-Tzu Auditorium in het licht trad en we elkaar in de ogen schouwden. In zijn ogen zag ik weerspiegeld, wat ik op dat moment diep in mijzelf ervaarde: liefde, vreugde en…humor. Ogenblikkelijk ontstond er een diep vertrouwen, gepaard met een gevoel van eindelijk thuis gekomen te zijn.

Tot besluit
Mijn leven en ikzelf werden de daarop volgende jaren volledig op zijn kop gezet. Wat niet echt was, verdween. Soms tot mijn grote opluchting, maar meestal gepaard met angst om los te laten en de pijn, veroorzaakt door mijn weerstand. Door het diepe vertrouwen in Osho ontstond geleidelijk aan ook meer vertrouwen in het leven en in mijzelf. Vandaag, ongeveer 36 jaar na de ontmoeting met Osho, voel ik mij thuis in mijzelf en in het leven.

Ik besluit mijn beschrijving van ‘Hoe Osho in mijn leven kwam’ in het bewustzijn, dat zonder de ontmoeting met Osho, mijn leven een oppervlakkig en egoïstisch vlakland was gebleven. Osho heeft mij de weg gewezen hoe ik mijn leven levendig leven kon. De diepte, rijkdom, liefde, vervulling en vreugde die in mijn leven zijn gekomen, vervullen me met een eindeloze dankbaarheid. Dankbaar aan Osho, dankbaar voor het leven, dankbaar voor mijn gekte, die me op weg gebracht heeft.

‘If you have really loved a Master, you have moved in eternity with him.The relationship is not of time, it is timeless. If you have really loved a Master, even after his death, you will find him in every eye and star, in every stone and flower.

Berlijn, 18 November 2014
Dassana Terrahe

Lijst