Voor alles is er een seizoen
en een tijd voor elke bestemming
onder de hemel.
Op de planeet Vulcanus raakten de gassen op van de vele vulkanen die voor de nucleaire verlichting zorgden. Het was een race tegen de klok om een andere manier te vinden om de planeet te verlichten. Plotseling werden ze ondergedompeld in totale duisternis.
De mensen van Vulcanus waren doodsbang. Net op dat moment hoorden ze een glibberig slurpend geluid en verschenen er lichtstralen aan de top van alle vulkanen. De lichten werden feller en feller en verlichtten de hele planeet.
‘We zijn gered,’ riepen de mensen. ‘De gloeiwormen uit het binnenste van de vulkanen geven ons het licht dat we nodig hebben.’
De gloeiwormen kwamen dichterbij.
‘Maar waarom hebben jullie niet eerder geschenen?’ vroegen de mensen.
‘We waren niet nodig,’ zei de leider van de gloeiwormen. ‘Maar toen de planeet in totale duisternis werd gedompeld, besloten we dat de tijd rijp was. Want… als je mot gloeien, mot je gloeien.’
Alles gebeurt op zijn eigen tijd.
Als de lente komt, zullen de bomen bloeien en als het juiste moment is aangebroken, zullen de vruchten rijpen.
Elk moment gebeuren er dingen, maar er gebeurt nooit iets waarvoor het moment nog niet gekomen is.
Alles heeft zijn eigen tijd, en dat is goed.
Osho: This Very Body the Buddha.
Discourses on Hakuin’s Song of Meditation, p. 134-135.
Afbeelding: https://commons.wikimedia.org/wiki/File:Seasons.png
Uit de serie 1001 verhalen, verzameld door Shanti.
Vorige verhalen
Het land der blinden

Puzzel of mysterie

Neem een kopje thee

Een blad dat valt

Laat vallen!