De engel uit München of hoe het komt dat de Beierse regering het tot op de dag van vandaag moet stellen zonder Hemelse Bijstand.
Ik was een prachtig Beiers verhaal aan het lezen, ‘Een engel uit München.’ Misschien heb je er wel eens van gehoord. Mediteer er eens op.
Alois Hingerl, kruier nr. 172 op het Centraal Station van München, werkte op een dag zo stevig door dat hij gewoon dood neerviel. Twee kleine engeltjes droegen hem met enige moeite naar de hemel waar Sint Petrus hem verwelkomde en vertelde dat hij voortaan Engel Aloisius zou heten.
Hij gaf hem een harp cadeau en stelde hem op de hoogte van de Hemelse Huisregels. ‘Van acht uur ’s morgens tot twaalf uur ’s middags,’ zei hij, ‘zul je jubelen. En van twaalf uur ’s middags tot acht uur ’s avonds zul je ‘hosanna’ zingen.’
‘Wat is hier aan de hand?’ vroeg Aloisius. ‘Van acht uur ’s morgens tot twaalf uur ’s middags, jubelen? En van twaalf uur ’s middags tot acht uur ’s avonds ‘hosanna’ zingen? Dus… hmhm… ja, en wanneer krijg ik dan wat te drinken?’
‘Je krijgt je manna wel op de gepaste tijd,’ zei Petrus, een beetje geïrriteerd, en liet hem achter.
‘Hel!’ mopperde Engel Aloisius. ‘Dat gaat nogal stomvervelend worden! Van acht tot twaalf moeten jubelen? En ik dacht dat er in de hemel geen werk was.’
Maar uiteindelijk ging hij op een wolk zitten en begon te zingen zoals hem was verteld: ‘Halleluja! Halleluja!
Er kwam een fijnbesnaarde intellectueel langs zweven.
‘Hé jij!’ riep Aloisius, ‘Wat dacht je van een klein beetje snuiftabak? Kom op, geef ons eens wat!’
Maar de intellectuele engel moest walgen van dit vulgaire idee. Hij fluisterde alleen ‘hosanna’ en vertrok.
Aloisius werd woedend. ‘Ja, wat is dat voor een idioot?’ schreeuwde hij. ‘Als je gewoon geen snuiftabak hebt, heb je dat gewoon niet, toch? Je kan iemand toch wel normaal antwoord geven, of niet? Jij boerenkinkel, jij! Ach, mensenlief, wat zijn dat hier voor mensen! Ach, ach, waar ben ik toch in terechtgekomen!’
En hij ging weer op zijn wolk zitten en ging verder met jubelen. Maar zijn boosheid klonk door zijn zingen heen en hij was zo hard aan het schreeuwen dat de Hemelse Vader een deur verder wakker werd van Zijn middagdutje en vol verwondering vroeg: ‘Waar kome dit lawaai vandaan?’
Hij liet Sint Petrus ogenblikkelijk komen, die eraan kwam rennen, en samen hoorden ze het schandalige jubelen van Engel Aloisius aan: ‘Halleluja! Scheisse!
Haaleluja! Bullshit!
Halleluja! Fuck you!
Halleluja!’
Sint Petrus spoedde zich weg en sleurde Aloisius voor de Heer.
De Hemelse Vader keek hem eens lang aan en Hij sprak toen:
‘Ah, ik zie het al: een engel uit München. Net wat ik dacht! Vertel me nou eens, wat heeft al dat schreeuwen te betekenen?’
Dat was precies waar Aloisius op had zitten wachten. Hij was zo woedend dat hij meteen van wal stak.
‘Ik heb een hekel aan al die dingen! Ik vind het maar niks om vleugels te hebben! En ik houd er niet van om “Hosanna!” te zingen. En ik wil geen manna drinken in plaats van bier! En laat het duidelijk wezen: ik houd niet van zingen!’
‘Sint Petrus,’ zei de Heer, ‘dit gaat nooit iets worden. Maar ik heb een idee. We zullen hem als boodschapper tewerkstellen om Ons Hemelse Advies aan de Beierse regering over te brengen. Dan kan hij een of twee keer per week naar München vliegen en zal zijn goede ziel in vrede rusten!’
Toen Aloisius dit hoorde gaf hem dat inderdaad een heel erg blij gevoel. Spoedig kreeg hij zijn eerste bestelling te doen, een brief, en hij vloog naar de aarde beneden. En toen hij eenmaal de grond van München onder de voeten voelde, scheen het hem toe alsof hij echt in de Hemel was.
En zijn oude gewoonten getrouw ging hij onmiddellijk naar het Hofbrauhaus waar hij zijn vertrouwde plekje leeg op hem vond wachten. En de goede oude Kathi, de serveerster, was daar nog steeds en hij bestelde nog een rondje bier, en nog een en weer een… en hij ging gewoon zitten en zit daar tot de dag van vandaag nog steeds.
En dat is de reden waarom de Beierse regering het tot de dag van vandaag moet stellen zonder Hemelse Bijstand.
Overal waar je gaat zul je jezelf zijn. Zelfs in de hemel of in de Himalaya. Je kunt niet anders zijn. De wereld is niet buiten jou, jij bent de wereld. Dus waar je ook heen gaat, je neemt je wereld met je mee.
Osho, This Very Body the Buddha – Discourses on Hakuin’s Song of Meditation, pp. 182 – 184.
Afbeeldingen:
http://www.whitehouseholidays.com/whhimages/800/fec4ac45-5078-41a1-937a-0dd1db48f982.jpg
http://visit-muenchen-bayern.de/sites/default/files/hofbraeuhaus-muenchen1.jpg
https://www.bavaria.by/data/mediadb/cms_pictures/%7Bd99c9ba3-ce0f-e390-1714-afa73624a156%7D.jpg
Uit de serie 1001 verhalen, verzameld door Shanti.
Eerder verschenen in het Engels in Osho News, www.oshonews.com.
Vorige verhalen

Galileo voor de Inquisitie