De schaduw van de zweep

Er is een voorval uit het leven van Boeddha…. Een fakir kwam hem opzoeken; een eenzame asceet kwam langs, een zwerver.
Hij zei tegen Boeddha: ‘Ik heb geen woorden om te vragen, ik kan niet verwoorden wat ik wil vragen. U weet het al. Heb begrip en zeg wat goed voor me is.’

Dit is de vraag van iemand die het weet. Boeddha zat in stilte. Hij zei niets.
Na enige tijd leek het alsof er iets gebeurde! De man had naar Boeddha gekeken, en nu begonnen zijn ogen over te stromen van tranen.
Hij boog voor Boeddha’s voeten neer en zei: ‘Dank U! Ik ben echt gelukkig – u heeft me gegeven waarvoor ik hier gekomen ben.’
Hij stond op en vertrok. Zijn gezicht straalde een aura van unieke glans uit. Hij ging dansend heen.

Boeddha’s discipelen waren in de war. Ananda vroeg: ‘Bhante, Bhagwan. Dit is een mysterie. Eerst zegt deze man: “Ik weet niet hoe ik het moet vragen, ik weet niet op welke manier ik het moet vragen, ik weet niet eens wat ik kom vragen. Maar u weet alles. Kijk naar mij, zeg wat er ook maar nodig is voor mij.”
Ten eerste is deze man een mysterie. Wat is dit voor manier om iets te vragen? Als je niet weet wat je moet vragen, waarom vraag je het dan? Hoe kun je dan iets vragen? Ongelooflijk! 

Maar hier houdt de zaak niet op. U zat in stilte, en u bleef in stilte zitten. We hebben u nog nooit zo zwijgend zien zitten. Als iemand iets vraagt, geeft u antwoord. Soms gebeurt het dat iemand niets vraagt en toch geeft u antwoord. Uw mededogen stroomt altijd.
Wat gebeurde er dat u plotseling stil was en uw ogen sloot? En toen, wat gebeurde er voor alchemie dat de man begon te transformeren? We zagen hem veranderen. We zagen hem een totale mutatie ondergaan. We zagen extase over hem heen komen.
Hij is dansend heengegaan, vol tranen, overweldigd, extatisch.
Hij boog voor uw voeten neer. Zijn geur heeft ons ook geraakt. 
Wat is er gebeurd? U heeft geen woord gezegd, hoe heeft hij het gehoord? Terwijl wij al zoveel dagen bij u zijn, al jaren.  Heeft U minder medelijden met ons? Waarom krijgen wij niet de genade die U hem gaf?’

Bedenk wel, je krijgt zoveel als je in staat bent om te ontvangen.

Boeddha zei: ‘Luister, paarden…’ Hij heeft het met Ananda over paarden, omdat Ananda een krijger was. Hij was een neef van Boeddha en was van jongs af aan erg dol op paarden. Hij was een ruiter. Hij was een beroemde ruiter, een groot kampioen.
‘Luister, Ananda,’ zei Boeddha, ‘je hebt vier soorten paarden. De ene geeft geen krimp, ook al geef je hem de zweep – de meest waardeloze van alle paarden. Hoe meer je ze afranselt, hoe koppiger ze zich verzetten. Ze staan stil – zo koppig als een hatha yogi. Wanneer je ze afranselt, lok je alleen maar weerstand uit.

Dan is er een tweede type paard. Als je die de zweep geeft, komen ze in beweging. Als je ze niet afranselt, bewegen ze niet. Ze zijn in ieder geval beter dan de eerste.
Dan is er nog een derde type paard. Je hoeft alleen maar de zweep te laten knallen – slaan is niet nodig. Laat de zweep gewoon knallen, het geluid is al genoeg. Die zijn aristocratischer – en beter dan de tweede soort.
Dan, Ananda, moet je die paarden kennen die gewoon al gaan rennen als ze de schaduw van de zweep zien. Je hoeft er niet eens mee te slaan. Die man was zo’n soort paard: de schaduw was genoeg.’

Osho: Enlightenment, The Only Revolution – Discourses on the Great Mystic Ashtavakra, p. 23-25.

Afbeelding van Kanenori van Pixabay.

Uit de serie 1001 verhalen van Shanti.

Vorige verhalen

Ashtavakra en de ‘schoenmakers’

 

De zon en de duisternis

 

Een zeldzame vrouw bereikt de staat van verlichting

 

Meester Eckhart ligt op sterven

 

Het leven is en-en