Plato’s zuivere wiskunde

Het leven is genoeg op zichzelf. En als je probeert een of ander doel te bereiken, loop je het leven mis.

Het gebeurde eens… In de vierde eeuw voor Christus richtte de grote Atheense filosoof Plato een school op, de Academie, waar wiskunde een belangrijk onderdeel van het curriculum was.


De School van Athene, Rafaël, 1509-1511, Apostolisch Paleis, Vaticaan.

Plato hield enorm van wiskunde. Hij was een dichter van de wiskunde, een liefhebber. Op de deur van zijn Academie stond geschreven: ‘Als je geen wiskunde kent, kom dan niet binnen.’ 
Men moest wiskunde leren voordat men de Academie kon betreden. Het werd onderwezen met de grootste strengheid waartoe de tijd in staat was, en het ging over geïdealiseerde vormen waarop geïdealiseerde bewerkingen werden uitgevoerd.

Een student, die aan strenge mentale oefeningen werd onderworpen over de platonische opvatting van wiskunde, bleef tevergeefs zoeken naar een toepassing op de verschillende ambachtsvormen, waarvan hij wist dat wiskundige concepten nuttig waren.
Tenslotte zei hij tegen Plato: ‘Maar meester, waartoe kunnen deze stellingen in het bijzonder dienen? Ik zie geen enkel praktisch nut. De stellingen zijn mooi, het is zuivere wiskunde, maar wat is het nut ervan? Wat is het nut van deze stellingen? Wat valt er uit te halen?’
De oude filosoof keek de vragende student aan, wendde zich tot een slaaf en zei: ‘Geef deze jongeman een stuiver, zodat hij het gevoel heeft dat hij iets aan mijn lessen heeft gehad, en stuur hem dan weg.’


Een oudere Plato loopt naast Aristoteles.

Het is moeilijk te begrijpen, want voor Plato was wiskunde zijn liefde, zijn geliefde. Het ging niet om winst, het ging niets om iets te bereiken. Alleen het aanschouwen van die vormen, die pure vormen van wiskunde, was genoeg. Juist die contemplatie leidt naar het onbekende.
Het gaat helemaal niet om winst. Het leven zelf is genoeg van zichzelf. En als je probeert een of ander doel te bereiken, zul je het leven missen…

Waarvoor zingen deze vogels? Voor wat? Gewoon het genot van het zingen. Ze zingen niet om een prijs te winnen. Ze zingen niet voor een wedstrijd. Ze zingen niet eens voor jou om naar ze te luisteren. Ze zingen gewoon. Ze zitten vol energie en de energie stroomt over. De energie is te veel – wat doe je ermee? 
Ze delen met het bestaan. Het zijn verspillers, geen vrekken.

Als je zingt, ga je eerst iets zoeken. Gaan de mensen het waarderen? Ga je beloond worden op een of andere manier, grof of subtiel? Dan ben je geen zanger, maar een zakenman. 
Als je danst voor een publiek en je bent op zoek naar hun waardering, hun applaus, dan ben je geen danser. Een danser danst gewoon. Als mensen het zien en waarderen en ervan genieten, dat is iets anders. Dat is niet het doel. Een danser kan alleen dansen, met niemand erbij om te kijken. Een zanger kan alleen zingen. 

De activiteit op zich betaalt zo veel uit dat het niet nodig is een ander doel te hebben, een ander bedoeling… Dit moet je begrijpen. Alles wat mooi is in het leven is intrinsiek, het heeft intrinsieke waarde. En alles wat gewoon is, is doelgericht.
Ik zeg je het leven te leven als een intrinsieke waarde. Doe wat je wilt doen, maar doe het niet om te bewijzen dat je nuttig bent. Doe het omdat je ervan houdt. Doe het omdat je je er gelukkig bij voelt. Doe het omdat het je liefde is. En plotseling krijgt alles een andere kleur en wordt alles lichtgevend.

Osho: Nirvana, The Last Nightmare, p. 207-212.

Afbeeldingen:
https://classconnection.s3.amazonaws.com/663/flashcards/5058663/jpg/school-of-athens-detail-from-right-hand-side-showing-diogenes-on-the-steps-and-euclid-1511-144E06746857850A729.jpg
https://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/9/98/Sanzio_01_Plato_Aristotle.jpg

Uit de serie 1001 verhalen, verzameld door Shanti. 

Vorige verhalen

Waarom zoek je geen paard?

 

Michelangelo en de verborgen Jezus

 


De zoektocht van Socrates

 


Zenmeester Eisai en de arme samoerai

 


De nieuwe scooter