De toeschouwer is gewoon een spiegel.
Meditatie is getuige zijn.
Ik heb eens gehoord over een chassidische rabbi…
Het chassidisme komt het dichtst bij zen. Het is een kleine tak van rebelse joden. Ze worden niet geaccepteerd door de orthodoxen, door de georganiseerde religie, maar ze hebben een kleine lijn van heel mooie mensen. Als het jodendom iets heeft bijgedragen aan de mensheid, dan is het wel het chassidisme – hoewel ze het niet willen accepteren. Ze veroordelen de chassiden omdat ze alles doen wat onorthodox, ontraditioneel is: zich niet conformeren aan de georganiseerde religie, onafhankelijk en rebels zijn.
Sculptuur van de chassidische beweging op de Knesset Menorah.
De chassidische mysticus liep midden in de nacht naar de rivier, gewoon om daar in stilte te zitten. Een bewaker van een groot paleis zag hem elke nacht om middernacht komen. Uiteindelijk werd het onmogelijk om weerstand te bieden en de wachter hield de chassid aan en vroeg hem: ‘Maandenlang heb ik toegekeken. U heeft zelfs geen enkele nacht gemist: u gaat elke nacht om middernacht naar de rivier. Wat bent u aan het doen? Ik heb u gezien, ik ben u gevolgd omdat het mijn werk is om de wacht te houden rond het paleis en eerst was ik achterdochtig. Die man komt elke nacht langs het paleis … dus ik ben u gevolgd, maar u heeft gewoon geen oog voor het paleis of voor iemand die u volgt. U gaat gewoon naar de rivier en zit urenlang langs de oever. Wat doet u daar?’
De chassid zei: ‘Ik ben ook een wachter. Net zoals jij op het paleis let, let ik op mijn eigen mind.’
Je kunt alleen in meditatie komen door onverschillig te zijn, gewoon een wachter. Of het nu wel of niet komt maakt niets uit; laat de gedachten gewoon vanzelf stromen en je houd je afzijdig, kijkt alleen maar toe.
Het woord ‘kijken’ betekent gewoon een spiegel zijn die reflecteert en geen commentaar geeft. Geen enkele spiegel geeft commentaar. Geen enkele spiegel zegt tegen jou: ‘Aha, wat mooi!’ Het interesseert hem niet of je mooi bent of vreemd, gezond of gek, of je op je voeten staat of op je hoofd. Het maakt voor de spiegel niets uit, de spiegel reflecteert gewoon.
De toeschouwer is een spiegel. Hij kijkt alleen maar en blijft leeg. De spiegel vangt geen inhoud op. Dingen komen en gaan, de spiegel klampt zich nergens aan vast. De spiegel is nergens voor of tegen. Hij heeft geen noties over wat er voor hem voorbij komt…
Osho: The Buddha – The Emptiness of the Heart. Talks on Zen p. 75-76.
Afbeelding: Wikimedia Commons.
Uit de serie 1001 verhalen, verzameld door Shanti.
Vorige verhalen
Gertrude Stein op haar sterfbed
Een glas water, de prijs van een keizerrijk
Bindis, bindis, bindis!

Nooit geboren, nooit gestorven
‘Ah, deze taart is heerlijk!’