Nieuw

Bidden is dankbaarheid

Jezus zei:
‘Als je vast zal je een zonde begaan tegenover jezelf
en als je bidt, zal je veroordeeld worden…..’

Wat is gebed? We denken gewoonlijk dat bidden betekent: iets vragen, klagen: je hebt wensen en God kan helpen om ze te vervullen. Je bidden is bedelen, maar bidden kan nooit bedelen zijn; bidden kan alleen maar dankbaarheid zijn. Maar dat is een groot verschil: als je gaat om te bedelen, is het gebed geen doel, het is slechts middel.

  Franciscus van Assisi

Maar bidden kan nooit een middel zijn, net zomin als liefde. Liefde is een doel: je hebt lief; niet voor iets anders: liefde in zichzelf heeft een intrinsieke waarde – je hebt gewoon alleen maar lief. Het is zulk een zegen. Het is geen middel tot één of ander doel, het is het doel. En bidden is liefde – je bidt eenvoudig en geniet ervan, zonder iets te vragen, zonder te bedelen.

Bidden zelf, innerlijk, is zoiets moois, je voelt je zo extatisch en gelukkig, dat je gewoon gaat en het goddelijke dankt dat hij je heeft toegestaan te zijn, dat hij je toestond adem te halen, dat hij je toestond te zien – wat een kleuren! Hij stond je toe gewaar te zijn.
Je hebt het niet verdiend, het is een geschenk. Je gaat in diepe dankbaarheid naar de tempel, om je dank uit te spreken.

God loopt over van zijn liefde. Als je dit begrijpt, is er een hoedanigheid in je geboren: de hoedanigheid van dankbaarheid. Dan ga je eenvoudig naar hem toe om hem te danken, dan voel je alleen maar dankbaarheid. Dankbaarheid is gebed, en het is zo heerlijk om je dankbaar te voelen, daar valt niets mee te vergelijken.
Bidden is het toppunt van geluk, het kan geen middel worden tot een ander doel.

Uit Osho: Het mosterdzaad #5
Bron: Osho Dancing Buddhas.

Jezus is je oorspronkelijke gezicht

Jezus zei:
‘Wijdt van de morgen tot de avond
en van de avond tot de morgen
geen enkele gedachte
aan wat je aan zult trekken.’

Zijn discipelen zeiden:
‘Wanneer zult u aan ons geopenbaard worden
en wanneer zullen wij u zien?’

Jezus zei:
‘Als je je kleren uittrekt zonder schaamte,
als je je kleren neemt en ze onder je voeten legt,
zoals kleine kinderen doen en erop trapt –
dan zul je de zoon van de levende God aanschouwen,
en je zult niet vrezen.’

De mensen leven niet zoals ze zijn, maar zoals ze graag zouden willen zijn: niet met hun oorspronkelijke gezicht, maar met een geschilderd, vals gezicht. Dat is het hele probleem. Als je geboren wordt, heb je een eigen gezicht – niemand heeft het vernietigd, niemand heeft het veranderd, maar vroeg of laat begint de maatschappij aan je gezicht te werken. Die begint het oorspronkelijke gezicht, het natuurlijke, het gezicht waarmee je geboren bent, te verbergen, en dan worden je vele gezichten gegeven voor verschillende gelegenheden omdat één gezicht niet genoeg is.

Van ’s morgens tot ’s avonds, van ’s avonds tot ’s morgens gebruiken we duizenden gezichten. Als er een machtig man naar je toekomt, verander je het masker; als er een bedelaar naar je toekomt, gedraag je je anders. Voortdurend, van moment tot moment, verandert je gezicht.
Schenk aandacht aan je gezicht, de veranderingen hebben aanhoudend plaats. Kijk in de spiegel en denk aan de vele gezichten die je kunt trekken. Kijk in de spiegel en trek het gezicht, waarmee je je vrouw nadert; kijk naar het gezicht dat je trekt als je begerig bent, als je boos bent; trek het gezicht dat je hebt als je seksuele verlangens zijn opgewekt; trek het gezicht dat je hebt als je ontevreden, gefrustreerd bent – je zult tot de ontdekking komen dat je een menigte bent. En geen van al die gezichten ben jij.

In Zen was het één van de diepstgaande meditaties: het vinden van je oorspronkelijke gezicht, dat wat je had voor je naar deze wereld kwam – en dat wat je weer zult hebben als je deze wereld verlaat; want je kunt al die gezichten niet meenemen. Je moet die gezichten laten vallen; alleen dan kun je Jezus zien, omdat je Jezus hebt gezien als jij je oorspronkelijke gezicht ziet.


Rembrandt schilderde deze jonge Joodse man uit zijn buurt:
zo zou het hoofd van Christus eruit gezien kunnen hebben. Rembrandthuis.

Jezus is niets anders dan je oorspronkelijke gezicht, Boeddha is niets anders dan je oorspronkelijke gezicht. Als je alle valsheid achter laat en naakt bent – alleen je oorspronkelijke zelf, zonder enige verandering, wijziging – dan ben je Jezus, dan wordt Jezus geopenbaard in al zijn absolute glorie. En alleen gelijken kunnen elkaar kennen – je kunt Jezus alleen herkennen als je Jezus gelijk bent. Het licht kan het licht herkennen, het licht herkent het duister niet. En hoe zou het duister het licht kunnen herkennen?

Een van de oudste joodse uitspraken luidt, dat je God pas gaat zoeken als je hem gevonden hebt. Dat klinkt paradoxaal maar het is absoluut waar, want hoe zou je hem kunnen zoeken als je hem niet gevonden hebt, gevonden in je zelf, als je hem niet in jezelf hebt gerealiseerd?

Waarom hebben we verschillende gezichten? Waarom is het nodig en waarom zijn we bang om ze af te leggen?
Allereerst zou ik willen zeggen, dat je jezelf nooit werkelijk hebt liefgehad – anders zou het niet nodig zijn. Je haat jezelf, en als je jezelf haat, verberg je je gezicht. Hoe kun je je gezicht aan anderen onthullen als je jezelf haat? Je haat het zelf, je wilt het zelf niet zien, hoe zou je het dan aan anderen kunnen onthullen? Hoe komt het dat je jezelf haat? De hele conditionering van de maatschappij heeft die zelfhaat in je geschapen, een zelf-veroordeling, een schuld.

Meer: Osho: Het mosterdzaad #4
Bron: Osho Dancing Buddhas.

Ik zag dat ze allen dronken waren

Jezus zei:
Ik ben gaan staan midden in de wereld
en ik ben hun in het vlees verschenen.
Ik zag dat ze allen dronken waren,
en dat geen van hen dorstig was.

En mijn ziel was bedroefd om de zonen der mensen,
omdat hun hart blind is en zij niet zien
dat ze leeg in de wereld zijn gekomen,
en de wereld weer leeg willen verlaten.

Maar nu zijn ze dronken.
Als ze zich ontdaan hebben van hun wijn,
dan zullen ze berouw hebben.


Jan Steen: Het vrolijke huisgezin

Jezus, of Boeddha, of wie dan ook ontwaakt is, zullen je allen dronken aantreffen. Er zijn velerlei soorten dronkenschap, maar de dronkenschap is er. Je bent niet alert, je bent niet wakker, je denkt alleen maar dat je wakker en alert bent – je slaapt maar door, van je geboorte tot je dood.

Gurdjieff vertelde vaak het volgende verhaal: Er was eens een man die duizenden schapen bezat, en hij was altijd ongerust dat zijn schapen zouden verdwalen en ten offer zouden vallen aan wilde dieren. Daarom raadpleegde hij een wijze, die hem aanraadde waakhonden te houden. Dus had hij honderden honden om over de schapen te waken. Zij beletten de schapen weg te lopen, en als een van de schapen dat toch probeerde, dan doodden zij het.

Langzamerhand raakten ze zo verslaafd aan het doden dat ze de schapen begonnen te vermoorden. Daarom ging de man weer naar de wijze en zei: ‘Het is gevaarlijk, de beschermers zijn moordenaars geworden.’
En dat gebeurt altijd – kijk naar jullie politici: ze zijn de beschermers, maar zo gauw ze macht hebben, beginnen ze te doden.
Daarom zei de wijze: ‘Dan is er maar één oplossing, ik zal komen.’ En hij kwam en hij hypnotiseerde alle schapen en zei tot hen: ‘Je bent wakker, alert, volkomen vrij. Niemand is jullie eigenaar.’

En de schapen bleven in die gehypnotiseerde toestand, en ze wilden nergens heen. Ze wilden niet ontsnappen, omdat ze niet in een gevangenis zaten, en allen geloofden ze dat zij de eigenaars waren, meesters van zichzelf. Zelfs als er een schaap door de meester werd gedood, dachten ze, ‘dat was haar lot, niet het mijne. Niemand kan mij doden, ik heb een onsterfelijk zelf en ik ben volkomen vrij, ik hoef daarom niet te vluchten.’ De meester was gerust, omdat de schapen gehypnotiseerd waren.

Ze leefden in een soort halfslaap, en dat is de staat waarin jullie je bevindt – waarin Jezus je aantreft, waarin ik je aantref. Maar niemand heeft je gehypnotiseerd – het is zelfhypnose: je bent zowel de wijze man die de schapen hypnotiseerde, als het schaap dat werd gehypnotiseerd – je hebt jezelf gehypnotiseerd.
Er bestaat een bepaalde manier om je zelf te hypnotiseren: als je voortdurend hetzelfde denkt, zal je daardoor worden gehypnotiseerd; als je voortdurend naar hetzelfde kijkt, word je er door gehypnotiseerd; als je voortdurend over iets tobt, zal je er door gehypnotiseerd worden.

Uit Osho: Het mosterdzaad #3
Bron: Osho Dancing Buddhas.