Lintjesregen

Op 26 april was oud-journalist van dagblad De Telegraaf Henk van der Meyden (84) een van de 3026 landgenoten die in 2022 koninklijk werd onderscheiden. Hij werd benoemd tot Ridder in de Orde van Oranje-Nassau vanwege zijn inzet voor de cultuur, door niet alleen te schríjven over bekende figuren uit de showwereld maar ook door internationale sterren naar Nederland te halen voor grote theater- en circusvoorstellingen.
Zie: Oud-hoofdredacteur benoemd tot Ridder in de Orde van Oranje-Nassau
Henk van de Meyden had al in de jaren zeventig een eigen paginagrote en veelgelezen rubriek in de krant: Privé. Later richtte hij onder dezelfde naam een weekblad op, dat ook een groot succes werd.

   
Burgemeester Jan van Zaanen en Henk van der Meyden Ⓒ ANP/HH

In de jaren dat Henk van de Meyden actief was manifesteerde zich in Nederland de Bhagwan beweging. Het merendeel van de ‘weldenkende’ pers, met name de linkerflank daarvan, moest in het algemeen weinig van Osho hebben. Zijn naam werd vaak verkeerd gespeld als Baghwan, een slordigheid die ook kan worden gezien als een teken van minachting en onwil om zich in het fenomeen werkelijk te verdiepen. Deze antipathie werd nog aangewakkerd na de val van Rajneeshpuram en Osho’s uitwijzing uit de Verenigde Staten in november 1985.
Ook bij De Telegraaf keken sommige medewerkers behoorlijk negatief tegen Osho aan. Zo niet Henk van der Meyden en enkele van zijn andere collega’s. Weliswaar bediende ook hij zich van hetzelfde woordgebruik waar men zo zijn bedenkingen tegen kan hebben, maar bij hem werd het nooit vilein. Hij sprak van ‘de’ Bhagwan, een ‘superster van de sektes’, etc.

Opvallend is de terugkerende aandacht in de Privé-rubrieken voor het wel en wee van Ramses Shaffy, voor wie Henk van der Meyden duidelijk een soft spot bezat. Ramses kreeg bijvoorbeeld in 1981 en 1986 alle ruimte om de liefde voor zijn meester voor alle destijds 700.000 Telegraaflezers uit te dragen. Wat best bijzonder was. Ook besteedde Henk van der Meyden in 1978 begripvol aandacht aan Jan Foudraine, toen deze na een eerste bezoek aan Poona als kersverse sannyasin naar Nederland terugkeerde. In 1988 verscheen in de Privé-rubriek een mooi interview van Henk van der Meyden met Ma Prem Hasya, van wie hij duidelijk zeer gecharmeerd was. Ook Hasya kreeg alle ruimte om haar verhaal over Osho te doen.
Zie: Interview met Hasya 1988

In 1989 besteedde een collega van Henk van der Meyden, Angelo Vergeer, uitgebreid aandacht aan de thalliumvergiftiging van Osho, waar andere kranten dit negeerden of wegwuifden. Maar bij Vergeer is het een en al cynisme wat de klok slaat.
Wie de stukken van Henk van der Meyden uit die jaren terugleest moet wel concluderen dat hij dieper zag wat de betekenis van Osho was dan veel (maar niet alle) collega’s van zijn eigen concern en van andere kranten. Jegens de sannyasins die in zijn Privé-rubriek voor het voetlicht kwamen toonde hij een hoffelijkheid die elders in de journalistiek vaak werd gemist. Het is een eigenschap die een ridder eigen is. En dat is door de koning nu ook erkend.

Voor wie meer wil lezen over Osho in de Nederlandse pers, raadplege Delpher » Ruim 130 miljoen pagina’s uit Nederlandse kranten, boeken en tijdschriften.

Sw. Anand Frank