Met een schreeuw val ik op de grond, ik ben gestruikeld over een kiezelsteentje midden op de weg. Mijn billen doen het meeste pijn en voorzichtig tast ik mijn achterwerk af. Gelukkig geen bloed! Ik bedenk dat het idioot is om op het midden van de dag onder een bloedhete zon te gaan hardlopen!
Poonam had met nadruk gezegd: ‘Ren 10 minuten zo hard als je kunt, maar dan achterstevoren.’
Tja, en als gehoorzaam groepslid doe je dat dan. En dan ga je op je gezicht, wanneer je niet kunt zien waar je loopt!
‘Een vertrouwensoefening,’ roept ze ons nog na. Eerst een uur wandelen en daarna de laatste 10 minuten steeds harder lopen, maar dan achterstevoren. In het begin gaat dat hardlopen nog wel. Ik kijk vaak naar voren om het tegemoetkomende verkeer in de gaten te houden: toeterende riksja’s, heilige koeien en gillende brommers en wat zich allemaal vertoont in deze buitenwijk van het park.
Maar na een paar minuten denk ik dat ik het mezelf wel erg gemakkelijk maak. Dat is vast niet de bedoeling van deze gestructureerde groep, die de prachtige naam Satori draagt (betekent zowel begrijpen als verlichten).
Ik besluit ‘all the way’ te gaan en het dus maar te vertrouwen. Met bovengenoemde gevolgen.
Deze val geeft me geen Satorigevoel. Integendeel. Langzaam sta ik op en sla het stof af van mijn oranje jurk. Ik wandel terug naar onze groepsruimte, die even buiten de ashram ligt. Verderop kom ik Saraswati tegen, één van de leukste vrouwen van de groep. Samen overtreden we spontaan de belangrijkste regel die Poonam bij het begin van de groep heeft opgelegd: de hele week geen contact met elkaar, niet fysiek, niet verbaal.Niets!
‘It is so easy to miss Osho!’ zegt ze er die week wel 100 keer bij, met haar Oxford accent.
Bijna hongerig wisselen we onze loopervaringen uit en ik vertel over mijn val en laat haar de krassen op mijn billen zien. Ze staat stil, gaat door de knieën en kust voorzichtig mijn bovenste kras.
‘Waauuw,’ kan ik alleen maar uitbrengen.
Zwijgend lopen we terug naar de groepsruimte.
De Satori groep is een gevreesde uitkomst op de vraag aan Osho welke groepen je moet doen, wanneer je voor het eerst in Poona komt. Zijn andere groepen vol contact, plezier en mogelijkheden om je te uiten, de Satori groep is rigide, streng en zoals al eerder genoemd contactloos en Poonam is onze opperheks.
Vanaf ‘s morgens 8 uur tot ‘s avonds 10 uur zit je in tweetallen tegenover elkaar en vraag je om de 5 minuten aan elkaar: ‘Vertel me wie je bent.’
Na een half uur wissel je van partner. Dit alles afgewisseld met actieve meditaties en een wandeling naar de ashram voor de dagelijkse lezing van Bhagwan. Helaas spreekt hij deze maand in het Hindi, dus veel versta ik er niet van. Des te lekkerder slaap ik op de koude, granieten vloer.
Wat gebeurt er wanneer je urenlang tegenover verschillende mensen zit en je vertelt aan de ander wie je bent? Het voelt alsof je een ui bent die langzamerhand zijn schillen aflegt. Na een tweetal dagen kom je erachter dat de rollen die je jezelf toedicht, dat je dat allemaal niet bent. Je bent niet de man, de vader, de minnaar of de leraar. Je bent het even of iets langer, maar wanneer de ui gepeld is, dan houden die identificaties weer op.
Maar wie ben je dan wel?
Eén keer per dag word je gevraagd in een apart kamertje te komen en dan krijg je een overhoring. Blijkbaar zijn er ook goede antwoorden want na vier dagen zijn er deelnemers met een nieuwe vraag, n.l. ‘Vertel me wat je bent’ i.p.v. ‘Vertel me wie je bent.’
Om gek van te worden!
Ik betreed het nieuwe gebied van de irrationele antwoorden. Tijdens mijn privesessie met Poonam op de 5e dag ligt mijn antwoord klip en klaar voor me. Trillend vertel ik het haar. Ik ben vrij, ik ben heel en ik ben oneindig.
Tot mijn stomme verbazing begint zij te huilen en zo zitten we gedurende enkele minuten bij elkaar, samen huilend. Ik begrijp er niets van, terwijl ik het allemaal goed doorheb.
De laatste twee dagen brengen we in helderheid door. Er zijn intensieve contacten die zonder woorden tot stand komen.
Ik ervaar een lemniscaat die zijn kruispunt bij mijn navel heeft en ik voel warme stromen van energie in en uit mijn buik komen, mij vertellend: zo binnen, zo buiten!
Ik zie kleurige stromen door de ruimte glanzen, woorden zijn niet nodig of schieten te kort. Ik begrijp dingen die ik nu niet meer na kan vertellen.
Hans de Rijke
Dit is het tweede deel van Arupo in Poona. Zie ook: Arupo in Poona deel 1.