Zelfs een man met de moed van Gautama Boeddha stond twintig jaar lang onafgebroken niet toe dat er ook maar één vrouw werd ingewijd. En toen hij het uiteindelijk toestond — hij moest wel, want de vrouw die hem kwam vragen om ingewijd te worden was geen gewone vrouw. Gautama Boeddha’s moeder stierf onmiddellijk na zijn geboorte. Deze vrouw was de jongere zus van Gautama Boeddha’s moeder. Ze was niet getrouwd, alleen maar om voor dit kleine kind te kunnen zorgen. Nu stond die vrouw voor hem met het verzoek om ingewijd te worden. Twintig jaar lang had hij haar onafgebroken afgewezen. Die dag aarzelde hij. Deze vrouw had haar hele leven opgeofferd… zonder haar had hij niet geleefd. Ze was meer dan een moeder voor hem en hij kon niet weigeren.
Dus onder die dwang wijdde hij de eerste vrouw in, maar met een heel spijtige mededeling. Hij zei tegen de tienduizend monniken die altijd met hem optrokken: ‘Mijn religie zou vijfduizend jaar gaan duren. Nu ik begonnen ben met vrouwen in te wijden, zal ze nog maar vijfhonderd jaar duren.’
Zo’n angst — dat de vrouw het kapot zal maken, dat de vrouwen en de mannen allebei het mediteren helemaal zullen vergeten.
Af en toe… en dat is heel natuurlijk…. Meditatie is niet natuurlijk. Meditatie is iets dat alleen een zeer geëvolueerd bewustzijn kan hanteren. Maar voortplanting, allerlei dieren doen het ook prima zonder enige begeleiding. Alleen de mens heeft begeleiding nodig. Nu worden overal ter wereld grote discussies gevoerd over hoe je kinderen seks kunt leren. Vreemd, geen enkele vogel onderwijst seks, geen enkel dier krijgt lessen, richtlijnen.
Ik heb gehoord over een jongetje dat een boek vond, ‘Hoe moet je vrijen’. Hij stond op het hoofd van een klein meisje de instructies te lezen, want er stond: ‘Je moet bovenop het meisje zijn.’
Dus ging hij op het hoofd van het meisje staan. En hij zei: ‘Verder staat er niets, en ik vind er niet veel aan.’
En het meisje zei: ‘Ik vind het ook niet leuk. Kom er maar af, ik krijg er hoofdpijn van!’
Alleen de mens moet seks geleerd worden.
Dit is wat religies hebben gedaan — ze hebben van seks iets sinisters gemaakt. Ze hebben een Chinese muur gemaakt tegen iets erover te weten komen. En zelfs iemand als Gautama Boeddha of Mahavira of andere Zen-meesters bleven genoegen nemen met de culturele programmering. De culturele programmering was: celibaat is een vereiste.
Niemand is celibatair; niemand is dat ooit geweest. Want om celibatair te zijn moet je je hele biologie, je hele fysiologie veranderen.
Hoe kun je dat veranderen? Je weet niet eens dat seks niet in je genitaliën bestaat, maar in je hoofd. De trigger zit in je hersenen. Als dat punt niet geopereerd wordt, kun je niet celibatair zijn. Ook al ga je nog zo lang op je hoofd staan, dat gaat niet veranderen. Dat maakt het alleen maar sterker.
Meer: The Zen Manifesto #4 deel 2
Image by Sasin Tipchai from Pixabay