Uiterlijke en innerlijke schoonheid

Uiterlijke schoonheid komt uit een andere bron dan innerlijke schoonheid. De uiterlijke schoonheid komt van je vader en moeder: hun lichamen scheppen jouw lichaam. Maar de innerlijke schoonheid komt van je eigen bewustzijnsgroei die je uit vele levens meedraagt. In je individualiteit zijn beide verenigd, het fysieke erfgoed van je vader en moeder en het spirituele erfgoed van je eigen vorige levens, je bewustzijn, de gelukzaligheid, de vreugde.


Het is dus niet absoluut noodzakelijk dat het uiterlijke een weerspiegeling is van het innerlijke, noch dat het omgekeerde waar is; dat het innerlijke overeenkomt met het uiterlijke. Maar soms gebeurt het dat je innerlijke schoonheid zo groot is, dat je innerlijke licht zo groot is dat het begint uit te stralen van je uiterlijke lichaam. Je uiterlijke lichaam mag dan niet mooi zijn, maar het licht dat uit je bron komt, je innerlijke bronnen van eeuwig leven, zal zelfs een lichaam dat niet mooi is in de gewone zin, mooi doen lijken, doen stralen.

Maar omgekeerd is het nooit waar. Je uiterlijke schoonheid is maar oppervlakkig. Ze kan je innerlijke schoonheid niet beïnvloeden. Integendeel, de uiterlijke schoonheid wordt vaak een belemmering bij het zoeken naar het innerlijke: je raakt te zeer geïdentificeerd met het uiterlijke. Wie gaat op zoek naar het innerlijke? Vaak gebeurt het dat mensen die uiterlijk heel mooi zijn, innerlijk heel lelijk zijn. Hun uiterlijke schoonheid wordt een dekmantel om zich achter te verschuilen, en dat ervaren miljoenen mensen elke dag. Je wordt verliefd op een vrouw of een man, omdat je alleen het uiterlijke ziet. En al na een paar dagen begin je zijn innerlijke toestand te ontdekken; die komt niet overeen met zijn uiterlijke schoonheid. Integendeel, ze is heel lelijk.

Als het innerlijke mooi wordt – wat in jouw handen ligt – zal het uiterlijke zich moeten vormen naar het innerlijke. Het uiterlijke is niet essentieel, het zal het innerlijke op de een of andere manier moeten weerspiegelen. Maar het omgekeerde is helemaal niet waar. Je kunt plastische chirurgie ondergaan, je kunt een mooi gezicht hebben, mooie ogen, een mooie neus; je kunt je huid veranderen; je kunt je vorm veranderen. Dat zal je wezen niet veranderen. Van binnen zul je nog steeds hebzuchtig blijven, vol lust, geweld, woede, razernij, jaloezie, met een grote drang naar macht. Aan al deze dingen kan de plastisch chirurg niets doen.

Daarvoor heb je een ander soort operatie nodig en dat gebeurt hier: naarmate je meer en meer meditatief en vredig wordt, ontstaat er een diepe overeenstemming met het bestaan. Je valt in het ritme van het universum. Het universum heeft zijn eigen hartslag. Als je hartslag eenmaal op het ritme van de universele hartslag komt, is je wezen getransformeerd van het stadium van dierlijkheid naar authentieke menselijkheid. En het houdt zelfs niet op bij het menselijke. Je kunt dieper gaan zoeken en er is een plaats waar je de menselijkheid overstijgt en iets van het goddelijke in je binnentreedt. 

Het innerlijke is enorm krachtig, het uiterlijke is zeer zwak. Het innerlijke is eeuwig, het uiterlijke is zeer tijdelijk. Hoeveel jaar blijf je jong? En naarmate de jeugd vervaagt, begin je het gevoel te krijgen dat je lelijk wordt, tenzij je innerlijke wezen ook meegroeit met je leeftijd. Dan zul je zelfs op je oude dag een schoonheid hebben waar de jeugd jaloers op kan zijn.

Osho, Sat Chit Anand # 27