Synchroniciteit

Synchroniciteit is ‘het samenvallen in de tijd van twee of meer niet causaal op elkaar betrekking hebbende gebeurtenissen, maar in een voor de betrokkene zinvol verband, waardoor de conclusie van oorzakelijkheid kan wordt getrokken.’ Eenvoudig gezegd: je ervaart de situatie als ‘meer dan gewoon toeval’, omdat de gebeurtenissen voor jou met elkaar te maken schijnen te hebben.

‘Wat Carl Gustav Jung synchroniciteit noemt, verklaart precies wat er gebeurt tussen een meester en een discipel. Het is niet hetzelfde als wat er gebeurt tussen een leraar en een leerling. Tussen leraar en leerling is er een communicatie; er wordt wat informatie door de leraar aan de leerling overgedragen, maar geen transformatie — alleen informatie. De leraar zelf is niet getransformeerd, hij is er zelf nog niet. Hij herhaalt woorden van andere leraren, hij herhaalt misschien zelfs woorden van andere meesters, maar hij heeft zichzelf niet gekend; hij heeft die woorden geleend. Hij kan heel geleerd zijn, hij kan heel goed geïnformeerd zijn, maar dat is niet iets echts. Informatie is niet iets echts – transformatie. En als iemand zelf niet getransformeerd is, kan hij het proces van transformatie niet in anderen op gang brengen.

Carl Gustav Jung noemt dit synchroniciteit. De meester kan jouw verlichting niet bewerkstelligen. Het is geen wetenschappelijk proces, het is veel poëtischer.
Het is geen wet zoals de wet van oorzaak en gevolg; het is veel vloeibaarder, veel losser, veel flexibeler. De meester kan niet bewerkstelligen dat de verlichting in jou gebeurt, maar hij kan het proces op gang brengen, en ook dat alleen als jij het toestaat, niet tegen jouw wil in. Niets kan je worden aangedaan, als je niet volledig ontvankelijk bent. Dit kan alleen gebeuren in een liefdesrelatie.’

Osho, I Am That # 1