Osho,
Ik kreeg een brief van een van uw sannyasins in Europa. Ze zegt dat ze nergens heen wil, alleen maar bij u zijn. Ondertussen geniet ze ervan om alleen te zijn en kleine dingen te doen en is ze dankbaar dat we tenminste allemaal onder dezelfde hemel zijn. Kunt u alstublieft iets zeggen tegen al uw sannyasins die in stilte zitten te wachten?
Het is een geweldige tijd, want het is een tijd van op de proef stellen – je vertrouwen, je liefde wordt op de proef gesteld. Stil zitten wachten is wat ik mijn hele leven geleerd heb. Verlang niet, maar wacht. Dit zijn twee dimensies, heel belangrijk, die je moet begrijpen.
Wanneer je verlangt, ben je agressief om iets te pakken te krijgen. In de gewone wereld is verlangen de manier omdat zoveel mensen met elkaar concurreren, vechten om hetzelfde. Bovendien is de buitenwereld de wereld van kwantiteit. Het is niet onuitputtelijk; alles daarbuiten is uitputtelijk. Je kunt niet wachten, want terwijl je wacht kunnen anderen alles pakken.
De innerlijke wereld is totaal anders. Daar is een verlangen een verstoring, een obstakel, want in de innerlijke wereld ben je alleen – geen sprake van concurrentie. Niemand anders probeert je voor te zijn, niemand haalt je van achteren onderuit. En de innerlijke wereld is zo delicaat dat je haar zult vernietigen als je agressief bent. Het is alsof je agressief bent tegen een rozenbloem: je krijgt haar misschien, maar het zal niet dezelfde rozenbloem zijn die je had zien dansen in de wind, in de regen, in de zon. Het zal iets doods zijn – alleen maar een lijk, een herinnering, en verder niets.
De innerlijke realiteit is nog delicater. Alleen al het verlangen is voldoende om te voorkomen dat je het krijgt. Daarom is een totaal andere benadering nodig, namelijk die van het stille wachten. De gast komt wel. De gastheer hoeft alleen maar geduld te hebben.
En in het subjectieve veld van bewustzijn valt er niets te grijpen. Het is geen kwantiteit, het is een kwaliteit. Als je in stilte wacht – zonder verlangen, zonder verwachting – komt er een moment waarop je stilte totaal is en je wachten onvervuild is. Dan gaan de deuren open! Je wordt meegenomen naar je eigen binnenste heiligdom. Dat is mijn onderricht geweest.
En dit is een goede gelegenheid om het stille wachten een kans te geven. Toen je bij mij was, was je zo vervuld van mij, van mijn aanwezigheid, van mijn woorden, dat je er nooit over dacht om te wachten. Ik was beschikbaar. Nu kan ik niet van buitenaf beschikbaar zijn, maar alleen van binnenuit. En dat is een geweldige ontmoeting – van volkomen vervulling, van absolute vreugde.
Dus maak er geen wanhoop van, verval niet in angst. Voel niet dat je ver weg van me bent. Je bent alleen ver weg wanneer je niet stil bent. Je bent alleen ver weg wanneer het wachten er niet is; anders ben je heel dicht bij me. Waar je ook bent, de stilte zal je met mij verbinden. En jouw wachten zal de hele grond voorbereiden voor de ontmoeting, die niet-fysiek, niet-ruimtelijk, niet-tijdgebonden is.
Gebruik deze gelegenheid – en onthoud altijd dat wat er ook gebeurt gebruikt moet worden als een gelegenheid. Er is geen situatie in de wereld die niet als een gelegenheid kan worden gebruikt. Het is verdrietig dat je ver weg bent. Dat is een natuurlijke reactie, maar geen erg alert gebruik van de gelegenheid. Verspil hem niet in verdriet, anders wordt wanhoop bijna een kankergezwel van de ziel.
Ik ben lang genoeg bij je geweest. Het is tijd voor jou om te zien of je zelfs in mijn afwezigheid bij me kunt zijn. Als je bij me kunt zijn in mijn afwezigheid, met dezelfde feestelijkheid – hoe moeilijk het in het begin ook lijkt – zul je een enorme vervulling vinden. En de afwezigheid zal niet langer een afwezigheid zijn. Je zult vervuld zijn van mijn aanwezigheid, waar je ook bent.
Het is een kwestie van een bepaald ritme. Twee personen kunnen ook samen zitten en elkaars lichaam aanraken en toch zo ver van elkaar verwijderd zijn als verre sterren. Je kunt in een menigte zijn en toch alleen zijn. Het is niet een kwestie van fysieke nabijheid, het is een kwestie van begrijpen: wat gebeurt er in de aanwezigheid van een meester. Je hart begint te kloppen op dezelfde melodie als het hart van je meester. Je wezen begint hetzelfde lied van stilte te zingen als het wezen van de meester altijd doet.
Dit zijn de ingrediënten die je dicht bij hem brengen. Als je deze twee dingen aankunt, kan je op een andere planeet zijn – dat zal niets uitmaken. Het heeft niets met afstand te maken. Je bent al zo lang bij me, je weet heel goed wat er in mijn aanwezigheid met je gebeurt.
Geef het gewoon een kans. Doe je ogen dicht, ga in stilte zitten wachten tot hetzelfde gebeurt. En je zult verrast zijn dat ik fysiek niet nodig ben om er te zijn. Je hart kan in hetzelfde ritme kloppen – je bent ermee vertrouwd. Je wezen kan stil zijn in dezelfde diepte – je bent daar goed in bedreven. En dan is er geen afstand, dan ben je niet eenzaam. Je bent alleen, maar deze eenzaamheid heeft een schoonheid, een vrijheid, een diepe integriteit en centering.
Dus waar je ook bent, de politici van de wereld zullen het je steeds moeilijker maken om bij mij te komen. Het zal niet zo gemakkelijk zijn. Ik zal er alles aan doen om voor jullie beschikbaar te blijven, maar die politici zijn zich er niet van bewust dat – zelfs als ze mijn fysieke aanwezigheid kunnen verhinderen – ze de ervaring van mijn aanwezigheid in mijn mensen niet kunnen verhinderen. Dat ligt buiten hun macht.
In China is Lao Tzu, een groot meester, al vijfentwintig eeuwen dood, maar er is een kleine stroom volgelingen overgebleven. Zij verwijzen niet naar Lao Tzu in de verleden tijd, maar in de tegenwoordige tijd. Voor hen kan Lao Tzu niet verleden tijd zijn omdat ze het ritme, de stilte, de schoonheid, de vrede nog steeds kunnen voelen.
Wat heb je nog meer nodig?
Osho: The Path of the Mystic #28
Afbeelding van Shrikesh Kumar – Pixabay.