Santo (17 mei 1949 – 24 juni 2023) groeide op in Nederland, in een familie van bollenkwekers. In 1978 ging hij naar Pune en kreeg daar zijn nieuwe naam: Swami Deva Santo. Vele jaren woonde hij in Nederlandse communes. Hij bezocht Rajneeshpuram en verbleef elk jaar een paar maanden in Pune.
Zes maanden geleden verzwakte Santo’s gezondheid door hartproblemen en vorige week gaf zijn lichaam het op. Hij stierf vredig in zijn eigen huis. Gedurende de laatste periode van zijn leven werd hij verzorgd door een kleine groep sannyasin vrienden.
‘Hij liet vaak tranen van dankbaarheid, voor Osho, voor zijn vrienden en voor de lieve zorg die hij kreeg van de verpleegsters en artsen. Zijn verzorgers werden verliefd op deze rustige en gevoelige man, die altijd hun namen onthield en hen bedankte voor hun werk. Hij was zijn authentieke zelf.
Hij was nieuwsgierig naar de dood. Vier broers hadden hun lichaam voor hem verlaten, waaronder zijn broer Advaita, met wie hij elke winter een paar maanden naar Pune ging.’
Devabodhi
Bron: Osho News.
‘De laatste dagen van Premartha’s leven in zijn lichaam waren omgeven door een ongelooflijke vredigheid, en we voelden en genoten er allemaal van. We luisterden veel naar Maneesha’s Osho Bardo, en dit was enorm ondersteunend. In de al verstilde ruimte waarin hij zich bevond – ver weg en van binnen – liet Premartha een traan toen hij ernaar luisterde. We hebben Osho liedjes gezongen en samen genoten van momenten van stilte.
Premartha was een echte krijger, die het leven tot de laatste druppel opdronk – alles!’
Svarup
Bron: Osho News.
De dood is het meest onbegrepen verschijnsel. Mensen denken dat de dood het einde van het leven betekent. Dat is de eerste fundamentele misvatting. De dood vormt niet het einde, maar het begin van een nieuw leven. Ja, het is het einde van iets dat al dood is. Het is ook het hoogtepunt van dat wat we leven noemen, al weten maar weinig mensen wat het leven eigenlijk inhoudt. Ze leven, maar ze zijn zo onwetend dat ze de confrontatie met hun eigen leven niet aangaan. En het is voor hen onmogelijk om hun eigen dood te ervaren, want de dood is de ultieme ervaring van dit leven en het begin van een nieuw leven. De dood is de poort tussen twee levens; het ene ligt achter je, het andere wacht je op.
Er is niets afstotelijks aan de dood; maar vanuit angst heeft men zelfs het woord ‘dood’ afstotelijk gemaakt, iets waar je niet over mag praten. Mensen willen er niet over praten. Ze willen niet eens het woord ‘dood’ in de mond nemen.
Deze angst wordt ergens door veroorzaakt. De angst komt op omdat het altijd iemand anders is die doodgaat. Je ervaart de dood altijd als een buitenstaander en de dood wordt juist door je allerdiepste wezen ervaren. Het is net als liefde als een buitenstaander toeschouwen. Je kunt jarenlang toeschouwen, maar je zult niet te weten komen wat liefde is; misschien wel hoe liefde geuit wordt, maar over de liefde zelf kom je niets te weten. Hetzelfde geldt voor de dood: je ziet alleen wat er aan de buitenkant gebeurt – de ademhaling is gestopt, het hart is gestopt, degene die praatte en liep is niet meer: in plaats van een levend lichaam ligt er nu een lijk.
Dit zijn de uiterlijke verschijnselen. De dood is de overgang van de ziel van het ene naar het andere lichaam, of als iemand volledig verlicht geworden is: de overgang van de ziel van zijn eigen lichaam naar het lichaam van het hele universum. Het is een enorme reis, van buitenaf kun je het niet begrijpen. Van buitenaf zie je alleen de verschijnselen; en dat heeft de mens bang gemaakt. Bij degene die de dood van binnen leert kennen, verdwijnt de angst voor de dood vanzelf.
Osho: Zarathustra – A God That Can Dance #16.