Moeiteloze inspanning

Meditatie is een energieverschijnsel. Over alle soorten energie moet je iets heel fundamenteels begrijpen: dit is de basiswet – energie beweegt in een dubbele polariteit. Dat is de enige manier waarop ze beweegt; er bestaat geen andere manier om te bewegen. Ze beweegt in een dubbele polariteit; voor elke energie om dynamisch te worden is de tegenpool nodig. 
Het is net als elektriciteit, die beweegt met negatieve en positieve polariteit. Als er alleen negatieve polariteit is, zal er geen elektriciteit zijn. Of, als er alleen positieve polariteit is, krijg je geen elektriciteit. Beide polen zijn nodig. En wanneer beide polen elkaar ontmoeten, ontstaat er elektriciteit; dan ontstaat de vonk.

En dit geldt voor alle soorten verschijnselen. Het leven gaat door – tussen man en vrouw: de polariteit. De vrouw is de negatieve levensenergie; de man is de positieve pool. Het is elektrisch; vandaar zoveel aantrekkingskracht. Met de man alleen zou het leven verdwijnen; met de vrouw alleen zou er geen leven zijn, alleen dood. Tussen man en vrouw bestaat er een evenwicht. Tussen man en vrouw, deze twee polen, deze twee oevers, stroomt de rivier van het leven. 

Waar je ook kijkt, je vindt dezelfde energie die zich in polariteiten beweegt en zichzelf in evenwicht houdt. Deze polariteit heeft veel te betekenen voor meditatie: omdat de mind logisch is en het leven dialectisch. 
Als ik zeg dat de mind logisch is, bedoel ik dat de mind in een lijn beweegt. Als ik zeg dat het leven dialectisch is, bedoel ik dat het leven met het tegenovergestelde beweegt, niet in een lijn. Het zigzagt van negatief naar positief – positief naar negatief – negatief naar positief. Het zigzagt, het gebruikt de tegenstellingen.
De mind beweegt in een lijn, een eenvoudige, rechte lijn. Zij beweegt nooit naar het tegenovergestelde; het ontkent het tegenovergestelde! Het gelooft in één, en het leven gelooft in twee. 

Dus wat de mind ook creëert, zij kiest altijd voor het ene: als de mind kiest voor stilte (als de mind genoeg heeft van al het lawaai dat in het leven wordt gecreëerd en zij stil wil zijn) dan gaat zij naar de Himalaya. Zij wil stil zijn: zij wil niets te maken hebben met welk lawaai dan ook. Zelfs het gezang van de vogels stoort haar, een briesje dat door de bomen waait is een verstoring. 
De mind wil stilte, nu heeft zij de lijn gekozen. Nu moet het tegenovergestelde volledig worden ontkend. Maar deze man die in de Himalaya leeft, op zoek naar stilte, het andere, het tegenovergestelde vermijdt, zal doods worden. Hij zal zeker saai worden. En hoe meer hij ervoor kiest om stil te zijn, hoe saaier hij zal worden, want het leven heeft het tegendeel nodig, de uitdaging van het tegendeel.

Er is een ander soort stilte die bestaat tussen twee tegenstellingen! De eerste is een doodse stilte, de stilte van het kerkhof. Een dode is stil, maar je zou geen dode willen zijn. Een dode is absoluut stil, niemand kan hem storen. Zijn concentratie is perfect, je kunt niets doen om zijn mind af te leiden. Zijn mind is absoluut gefixeerd. Zelfs als de hele wereld gek wordt, blijft hij geconcentreerd. Maar toch zou je geen dode willen zijn. 
Stilte, concentratie, of hoe het ook genoemd wordt, je zou niet graag dood willen zijn. Want als je stil bent als je dood bent, is de stilte zinloos.
Zwijgen moet gebeuren terwijl je absoluut levend bent, vitaal, bruisend van leven en energie. Dan is stilte zinvol. Maar dan heeft stilte een andere, een heel andere kwaliteit. Het zal niet saai zijn, maar levendig. Het zal een subtiel evenwicht zijn tussen twee polariteiten!

Dan zou zo iemand, die op zoek is naar een levend evenwicht, een levende stilte, naar allebei willen gaan: naar de markt en naar de Himalaya. Hij zou naar de markt willen gaan om van het lawaai te genieten, en hij zou ook naar de Himalaya willen gaan om van de stilte te genieten. 
Hij zal een evenwicht creëren, tussen deze twee tegenpolen. En hij zal in dat evenwicht blijven. En dat evenwicht kan niet worden bereikt door lineaire inspanningen. Dat is wat bedoeld wordt met de zen-techniek van ‘moeiteloze inspanning’.
Het gebruikt tegenstrijdige termen: moeiteloze inspanning, of poort-loze poort, of pad-loze pad. Zen gebruikt altijd meteen de tegenstrijdige term, om je de hint te geven dat het proces dialectisch zal zijn, niet lineair. Het tegendeel moet niet worden ontkend maar geabsorbeerd. 
Je moet het tegendeel niet opzij laten, je moet het gebruiken. Opzij gelaten zal het je altijd tot last zijn. Opzij gelaten zal het ongebruikt bij je blijven hangen. Je zult veel missen. 

De energie kan worden omgezet en gebruikt. En als je het gebruikt, ben je vitaler, levendiger. Het tegenovergestelde moet geabsorbeerd worden, dan wordt het proces dialectisch.
Inspanning betekent niets doen, inactiviteit (a-karma). Inspanning betekent veel doen, activiteit (karma). Ze moeten er allebei zijn. 
Doe veel, maar wees geen doener, dan bereik je allebei. Beweeg in de wereld, maar maak er geen deel van uit. Leef in de wereld, maar laat de wereld niet in jou leven.  Dan is de tegenstelling geabsorbeerd, dan verwerp je niets, ontken je niets. Dan is het hele bestaan aanvaard. En dat is wat ik doe.

Osho: My Way, the Way of the White Clouds #4.