Mere Hamdam, Mere Dost

Abheeru introduceert een video van dit nummer, onlangs opgenomen door vrienden in Brazilië.

Keyboard, harmonica en zang: Taza
Zang: Parita, Abheeru, Geetika, Divya en Poorna
Video, muzikale productie: HcO Muziek

Mere hamdam               Mijn hart
Mere dost                      Mijn vriend (in Urdu)

Mere sathi                     Mijn metgezel
Mere geet                      Mijn lied

Mere hamsafar             Mijn reisgenoten
Mere meet                    Mijn vriend (in het Hindi)

Vlak voor Goeroe Poernima vroeg ik Parita, mijn geliefde die muzikante en producer is, of we dit lied konden opnemen. Omdat ik het zo mooi vind. Ik herinner me de toespraak waarin Osho de groet in het Urdu uitlegde, Mere hamsafar, mere hamdam, mere dost, en toen sprak over Maitreya en de Japanse zieneres, Katue Ishida. Ik herinner me ook dat Priya dit lied zong na Osho’s laatste toespraak: Sammasati, op 10 april 1989.
Zo gezegd, zo gedaan! De instrumentale en vocale nummers werden opgenomen in verschillende huizen in het zuiden en zuidoosten van Brazilië. In twee dagen! En dit is het resultaat.

 We hebben de video opgedragen aan Osho en aan Parita’s goeroe, (Anand) Vasant Swaha, een hele mooie man die ooit een van Osho’s lijfwachten was. Misschien kunnen we in de niet zo verre toekomst nog meer video- en muziekopnames maken, met veel meer mensen en meer instrumenten, en deze presenteren in de stijl van Playing For Change.

 

Mijn vrienden en reisgenoten,
Ik had er graag de Urdu-woorden voor gebruikt, want die hebben een diepte en een poëzie… zelfs de klank alleen al doet een belletje rinkelen in het hart. De gewone betekenis is hetzelfde: mijn vrienden, mijn reisgenoten. Maar ik heb een heel indringend gevoel in mij om jullie de meest pregnante woorden te geven. Die woorden zijn: Mere hamsafar, mere hamdam, mere dost.

Mere hamsafar betekent ‘mijn reisgenoten’. Mere hamdam betekent ‘mijn hart’. Mere dost betekent ‘mijn vriend’. Maar zo’n groot verschil….
Engels is steeds meer proza geworden en steeds minder poëzie, om de eenvoudige reden dat het de wetenschappelijke en objectieve technologische vooruitgang dient. Het moet definitief zijn, het kan niet poëtisch zijn.
Je kunt wiskunde niet in poëzie omzetten, natuurkunde ook niet en scheikunde ook niet. Door deze overheersende factor van wetenschap en technologie heeft het Engels zijn glamour, zijn pracht en muziek verloren. Het moet die terugwinnen, want de objectieve kant van het leven is niet genoeg. Als je hart niet bewogen is, hebben de woorden niet veel betekenis en significantie.

Deze vijf dagen zijn van immense betekenis geweest. Er kan gezegd worden dat bijna nooit in de geschiedenis van de mensheid zoiets heeft plaatsgevonden. Dit is al duizenden jaren de diepe zoektocht van mediteerders, dat wanneer een mens eenmaal verlicht is, wanneer een mens vol licht is en zijn eigen eeuwigheid kent, hij verdwijnt in het ultieme, in de kosmos. Hij kan niet opnieuw komen via de baarmoeder van een vrouw. Hij heeft geen verlangens, hij heeft geen verlangens. Hij heeft geen passies meer die menselijke zielen steeds weer meeslepen in de cyclus van geboorte en dood.

Maar als een mens eenmaal voorbij al deze door de mind voortgebrachte verlangens, hebzucht, en woede en geweld is gekomen, als men tot het centrum van zijn wezen is gekomen, is hij bevrijd. Bevrijd van zichzelf, bevrijd van het lichaam, bevrijd van de mind. Voor het eerst begrijpt hij dat het lichaam alleen maar een gevangenis zal zijn. Nu zijn intuïtie absolute helderheid heeft, kan hij zien dat het lichaam niets anders is dan ziekte en dood – misschien een paar momenten van plezier, die je in het lichaam houden in de hoop op meer plezier… Maar al snel realiseert men zich, als men intelligentie heeft, dat die genoegens heel erg verschijnselen zijn, illusoir, gewoon gemaakt van hetzelfde spul als waar dromen van gemaakt zijn.
Zodra deze herkenning plaatsvindt, opent je levensenergie simpelweg zijn vleugels en vliegt de open hemel van de kosmos in, om op te lossen in het ultieme.

Maar Gautama Boeddha is een uitzondering. In de vorm van een prachtig verhaal wordt gezegd dat toen Gautama Boeddha stierf, hij de poorten van het paradijs bereikte. Er waren zoveel ceremonies om hem te ontvangen, maar hij weigerde naar binnen te gaan. Hij stond erop: ‘Zolang niet ieder mens door de poorten van het paradijs is gegaan, kan ik niet binnenkomen. Dat gaat tegen mijn mededogen in.’
Op het laatste moment van zijn dood heeft hij voorspeld dat hij na vijfentwintig eeuwen terug zal komen. Natuurlijk kan hij maar op één manier terugkomen en dat is door iemands lichaam te bezitten; de baarmoeder is voor hem niet meer mogelijk.

Osho: No Mind: The Flowers of Eternity, #7 

Bron: Osho News.