Liefhebben en begrepen worden

Het verlangen om lief te hebben en bemind te worden, het verlangen om te begrijpen en begrepen te worden zijn zeer instinctief, zeer natuurlijk — maar zeer bindend, opsluitend. Daarom, al is het maar voor een paar ogenblikken, als je naar mij luistert — als je deze twee verlangens kunt vergeten, zul je in die transcendentie het ultieme van vreugde vinden.

Ik ben misschien meer dan wie ook ooit verkeerd begrepen, maar het heeft me niet geraakt, om de eenvoudige reden dat er geen verlangen is om begrepen te worden. Het is hun probleem als ze het niet begrijpen, het is niet mijn probleem. Als zij het verkeerd begrijpen, is het hun probleem en hun ellende. Ik ga mijn slaap niet verspillen omdat miljoenen mensen mij verkeerd begrijpen. Als ik me druk maakte om begrepen te worden, zouden ze me gek gemaakt hebben. Maar ze zijn niet in staat geweest om zelfs maar een klein beetje daaraan te krabbelen.

Al hun onbegrip is hun probleem. Zij lijden eronder, zij betalen ervoor. Waarom zou ik er last van hebben? Ik heb gezegd wat ik voelde dat waar was. Ik heb het gezegd, niet om begrepen te worden — ik heb het gezegd omdat ik het wilde delen. Als zij niet willen, is het aan hen; ik kan hen niet dwingen. Maar deze beide verlangens — te begrijpen en begrepen te worden — gaan samen. Zolang je niet begrijpt, kun je het verlangen om begrepen te worden niet laten vallen. Als je eenmaal alleen het simpele bestaan van je wezen begrijpt, verdwijnen beide. Er valt niets meer te begrijpen, en er is geen sprake van dat iemand jou zou moeten begrijpen.

En hetzelfde geldt voor de liefde. Op het moment dat je begrijpt wat liefde is, je ervaart wat liefde is, word je liefde. Dan is er geen behoefte in jou om bemind te worden, en is er geen behoefte in jou om lief te hebben. Liefhebben zal je eenvoudige, spontane bestaan zijn, je ademhaling zelf. Je kunt niets anders doen; je zult eenvoudigweg liefhebben. Als er in ruil geen liefde naar je toekomt, zul je je niet gekwetst voelen, om de eenvoudige reden dat alleen de persoon die liefde is geworden, kan liefhebben. Je kunt alleen dat geven wat je hebt. Aan mensen vragen om van je te houden – mensen die geen liefde in hun leven hebben, die niet bij de bron van hun wezen zijn gekomen waar liefde haar heiligdom heeft – hoe kunnen ze van je houden? Ze kunnen doen alsof. Ze kunnen zeggen, ze kunnen zelfs geloven, maar vroeg of laat zullen deze dingen… zal men weten dat het slechts schijn is, dat het slechts acteren is, dat het hypocrisie is.

Het is misschien niet de bedoeling om je te bedriegen, maar wat kan iemand doen? Jij vraagt om liefde, en de ander wil ook liefde. Beiden begrijpen dat er van je verwacht wordt dat je liefhebt, dat je alleen dan liefde kunt krijgen — dus proberen jullie beiden op alle mogelijke manieren de houding van liefde aan te nemen. Maar de houding is leeg. En beiden gaan het ontdekken, en beiden gaan erover klagen tegen de ander, dat het niet goed is. Vanaf het allereerste begin zijn het twee bedelaars die bij elkaar bedelen, en beiden hebben slechts lege bedelnappen. Beiden doen alsof ze kunnen geven, maar hun basisverlangen is om te krijgen. Als je het niet hebt, kun je het niet geven. En zij die het hebben – dit moet heel duidelijk worden begrepen – zij die de bron van liefde in zichzelf hebben gevonden, hebben niet de behoefte meer om bemind te worden. En zij zullen bemind worden.

Zij zullen liefhebben om geen andere reden dan eenvoudigweg omdat zij er te veel van hebben — net zoals een regenwolk wil regenen, net zoals een bloem haar geur wil vrijgeven, zonder de wens om iets te krijgen. De beloning van de liefde ligt in het liefhebben, niet in het krijgen van liefde. En dit zijn de mysteries van het leven, dat als iemand alleen maar beloond wordt in het liefhebben van mensen, zullen velen van hem houden. Want door met hem in contact te zijn, zullen ze langzaam de bron in zichzelf beginnen te vinden. Nu kennen ze tenminste één persoon die liefde overlaadt en wiens liefde niet uit nood is. En hoe meer hij zijn liefde deelt en uitdeelt, hoe meer zij groeit.

Hetzelfde geldt voor begrip. Als je dicht bij iemand van begrip bent, zul je zien dat hij deelt; delen is zijn vreugde, het is niet zijn zaak. Hij geeft van ganser harte, terwijl hij heel goed weet dat hij vele deuren voor zijn neus gesloten zal vinden, maar zijn begrip is diep genoeg om de mensen te begrijpen die hem verkeerd begrijpen. Zij zijn ellendig. Zij zijn bang om zijn begrip tot hen te laten doordringen, zij zijn bang voor zijn licht. Ze beginnen hun ramen en hun deuren te sluiten. Ze zijn bang voor zijn aanwezigheid. Zij zullen veroordelen, zij zullen verwarring stichten, zij zullen geruchten doen ontstaan, zij zullen leugens doen ontstaan; zij zullen alles doen om te voorkomen dat het licht van deze man, zijn begrip, zijn inzicht zich verspreidt. En de reden is dat ze bang zijn.

De aanwezigheid van deze man is een grote angst voor hen. In zijn aanwezigheid worden zij plotseling naakt – met al hun jaloezieën, met al hun ellende, met al hun pijn, met al hun wonden. In zijn aanwezigheid kunnen ze zich niet verbergen. Voor zijn ogen zijn ze als voor een röntgenstraal die tot in hun diepste kern zal doordringen en alles zal onthullen wat ze op de een of andere manier voor de maatschappij verborgen hebben gehouden, en een bepaald goed imago hebben gecreëerd. Van binnen zijn ze net het tegenovergestelde.

Ik ben nooit gekwetst geweest door een misverstand. Het maakte deel uit van mijn begrip dat het zo zal zijn, en zodra je vrij bent van het verlangen om lief te hebben en bemind te worden, zul je beminnen; maar het zal geen verlangen zijn, het zal een overvloeiende energie zijn. En je zult geliefd worden, maar het zal geen verwachting zijn, het zal een verrassing zijn. Zodra je jezelf begrijpt en je voorbij alle soorten misverstanden bent gegaan, is je licht zo helder en duidelijk, is je zekerheid zo absoluut, dat de hele wereld je kan veroordelen, maar het zal je op geen enkele manier pijn doen. Het zal alleen maar meer medeleven opwekken en meer inspanning om deze mensen op de een of andere manier uit hun duisternis te laten komen en het licht te laten zien.

Osho, Beyond Psychology # 21