Het antwoord ligt niet in seks

Nandan Bosma heeft, in samenwerking met Satyamo Uyldert, uitgebreid research gedaan naar wat Osho over seksualiteit zegt.

Iemand weet niet hoe hij met anderen moet relateren. Osho:
‘Ten eerste: heteroseksueel of homoseksueel, het antwoord ligt niet in seks – dus het is geen kwestie van homoseksualiteit. Zelfs als je hetero bent, is het antwoord daar niet te vinden. Als je richting seks kijkt is er geen antwoord te vinden, dus beide zijn wat dat betreft hetzelfde. Het eerste wat moet gebeuren is: hou op met je er zorgen over te maken! Als je hetero zou zijn wordt de zaak er echt niet beter op – alles zal hetzelfde blijven. Accepteer dus je homoseksualiteit zoals je andere dingen accepteert – het hebben van honger …. Maar het antwoord op hoe je moet leven ligt niet in het eten van voedsel – elke dag heb je opnieuw honger, ben je weer vol en krijg je weer honger.
Daar ligt het antwoord dus niet, maar dat wil niet zeggen, omdat daar het antwoord niet te vinden, is, dat je op moet houden met eten, want dan ga je dood. Het antwoord ligt niet in het nemen van een bad, maar dat betekent niet dat je nooit meer in bad moet gaan, want dan word je vuil en smerig. Het antwoord is elders te vinden, dat is waar, maar om ergens anders te kunnen zoeken is als eerste vereist dat je wat bij jou hoort, accepteert. Maak je niet te veel zorgen. Als je je homo voelt is dat volmaakt in orde, er is niets mis mee. (..)

Osho gaat in op de vraag wanneer iemand in staat is om een relatie aan te gaan:
‘Denk je dat hetero’s met elkaar relateren? Wie kan relateren? Iedereen zit in hetzelfde schuitje! Relateren is een groot probleem – je kunt niet relateren, tenzij je geworteld bent in je eigen wezen … dan kun je relateren. Het heeft niets te maken met een relatie met iemand anders; het heeft van doen met je eigen innerlijk geïntegreerd zijn.
Alleen iemand die geïntegreerd is kan relateren, en de paradox hier is dat hij zich er niet druk over maakt! Iemand die geïntegreerd is maakt zich niet druk over relateren of niet-relateren: als het gebeurt, OK; als het niet gebeurt, ook OK. Hij is gelukkig met zichzelf, zijn geluk hangt niet af van een relatie … maar hij is de enige die tot relateren in staat is. En iemand die niet van binnen geïntegreerd is, kan niet relateren, maakt zich voortdurend druk over hoe hij moet relateren, en denkt dat alles OK is als hij kan relateren.

Je moet je daarvan bewust worden en ik zeg dat het eerste vereiste daartoe is: maak je niet zo druk over je gewone, dagelijkse leven, creëer geen obsessies. Als je voelt dat je homoseksueel bent, dan is het goed; als het op een dag verandert en je wordt heteroseksueel, dan is dat ook goed. Als je vervolgens weer homoseksueel wordt, dan is dat ook goed. Dat zijn doodgewone dingen, niets om je druk over te maken. Je hoeft er geen aandacht aan te besteden – neem ze voor wat ze waard zijn. (..)
Het eerste en heel fundamentele ding is dus te accepteren wat je bent, dan hoef je je daar niet meer druk over te maken, er geen energie meer aan te geven. Als dat eenmaal gebeurd is, dan is je energie in staat om naar binnen te gaan. Dan kun je je energie meer aan meditatie geven, niet aan het denken over hoe je moet relateren. Hoe te ‘zijn’, laat dat je probleem zijn:
niet hoe te relateren… want je kunt alleen relateren als je bént. Hoe zou je in staat zijn te relateren? – want je kunt alleen relateren als je bént. Hoe kun je relateren als je niet bént? (..)’

Meer: Het kunnen aangaan van relaties.