Hak hun hoofden af…

De dualiteit is tot eenheid versmolten.
 
Ik heb eens een prachtig verhaal gehoord. Het vond plaats in Lucknow (Uttar Pradesh, India), er kwam eens een groot musicus naar de stad.  Alleen, hij was een beetje excentriek, dat heb je wel met musici. De koning was erg geïnteresseerd, hij was een muziekliefhebber. Hij vroeg de musicus of hij naar zijn paleis wilde komen om voor hem op zijn sitar te spelen.
De musicus zei: ‘Onder één voorwaarde. Als ik zit te spelen moet iedereen als een marmeren standbeeld stilzitten. Niemand mag bewegen, ook niet als blijk van waardering. Niemand mag met zijn hoofd schudden – en als iemand toch zijn hoofd schudt, moet zijn hoofd afgehakt worden.’
De koning was verbaasd over deze voorwaarde. Maar hij was ook een beetje gek, dus zei hij: ‘Oké. De muziek gaat voor.’
Dus werden de mensen van de stad op de hoogte gesteld: ‘Als je komt, pas op, bereid je vast voor. Niemand mag bewegen.’
Maar natuurlijk gebeurt het, als je geweldig mooie muziek hoort, raakje in vervoering, raak je echt in vervoering. Je lichaam begint ermee te kloppen, je begint ermee te pulseren, de maat dringt door tot in je wezen.
Iedereen stond echt voor een raadsel, ze hadden nog nooit van zo’n voorwaarde gehoord. Eigenlijk houdt een musicus er juist van als hij ziet dat mensen in vervoering raken, dat er tranen vloeien en dat mensen heen en weer wiegen, dat de muziek tot hun hart is doorgedrongen en hen geraakt en bewogen heeft.
Duizenden mensen hadden belangstelling om naar hem te komen luisteren maar er kwamen maar een paar honderd opdagen. Allemaal zaten ze in yoga houdingen, onbeweeglijk, angstig, en de koning had om het publiek heen een paar mensen met getrokken zwaarden laten zetten. Het was een vreemd gezicht.

En de musicus begon te spelen…
… en hij was een groot musicus, hij kende zijn gelijke niet. Na een uur of een, twee begonnen een paar hoofden, zo’n dozijn, heen en weer te zwaaien. De koning maakte zich zorgen. Die dozijn mensen werden gearresteerd. Toen de musicus stopte met spelen werden die dozijn mensen gearresteerd.
Toen vroeg de koning: ‘Was dat echt de bedoeling? Moeten we ze nu doodmaken?’
De musicus zei: ‘Nee. Dit zijn de mensen voor wie ik nu graag wil spelen, voor hen zou ik willen spelen. Laat de rest maar gaan, daar hebben we niets aan. Ik wilde deze mensen vinden en dit was de enige manier. Daarom had ik die voorwaarde gesteld. Dit zijn de mensen die echt in vervoering zijn geraakt -zelfs de dood maakte niet uit- die echt verdronken, dronken werden, die de muziek werden.’
 
De dualiteit is tot eenheid versmolten.
De kenner en het gekende hebben zich opgelost. Er is alleen maar kennen.
De minnaar en de beminde hebben zich opgelost. Er is alleen maar minnen.   

 
Osho, The Revolution – Discourses on Kabir, pp. 250 – 252.
 
Uit de serie 1001 verhalen, verzameld door Shanti. 
Eerder verschenen in het Engels in Osho News, www.oshonews.com.   
Afbeeldingen:
http://2.bp.blogspot.com/-PQemnaUJHC4/Uyi3IFQOaGI/AAAAAAAAGd4/LKf_NaEyomc/s1600/Ambedkar_Udyaan_Lucknow_Left_Dome.JPG
http://wpmedia.o.canada.com/2012/12/121212_raviap.jpg