Wanneer ik zeg geniet ervan, bedoel ik niet dat je een masochist moet worden. Ik bedoel niet dat je lijden moet creëren voor jezelf en er van genieten. Ik bedoel niet: ga jezelf van een rots laten vallen, krijg botbreuken en geniet er dan van. Nee.
Ik zeg niet dat je een masochist moet zijn. Ik zeg alleen dat er lijden is, je hoeft het niet op te zoeken. Er is al genoeg lijden, je hoeft het niet te gaan zoeken. Lijden is er al, de aard van het leven creëert lijden. Er bestaat ziekte, er bestaat dood, het lichaam is er, door hun aard zelf wordt lijden gecreëerd. Zie het, kijk ernaar met een onbewogen blik. Kijk ernaar – wat het is, wat er gebeurt. Ren er niet voor weg.
Onmiddellijk zegt de mind: ‘Wegwezen, kijk er niet naar.’ Maar als je wegvlucht kun je niet gelukkig zijn.
Wanneer
De volgende keer dat je ziek wordt en de dokter zegt dat je in bed moet blijven.
De methode
Sluit je ogen, ga op bed liggen en kijk gewoon naar de ziekte. Kijk wat het is. Probeer het niet te analyseren, ga geen theorieën bedenken, alleen maar kijken wat het is. Het hele lichaam is moe, koortsig – kijk ernaar.
Plotseling zul je voelen dat je bent omgeven door koorts, maar dat er een heel koel punt in je is, dat niet geraakt wordt door de koorts, dat niet kan worden beïnvloed. Het hele lichaam staat misschien in brand, maar die koele plek wordt niet aangeraakt.
Als je dus koortsig op je bed ligt, in brand, het hele lichaam heet, kijk ernaar. Terwijl je kijkt, trek je je terug naar de bron. Kijken, niets doen… wat kun je doen? De koorts is er, je moet er doorheen, het heeft geen zin om er onnodig tegen te vechten. Je ligt te rusten, en als je tegen de koorts vecht wordt je nog koortsiger, dat is alles. Kijk er dus naar.
Terwijl je naar de koorts kijkt word je koel; je kijkt nog meer, je wordt nog koeler. Alleen kijken, en je bereikt een piek, zo’n koele piek, zelfs de Himalaya zal jaloers zijn; zelfs zijn bergtoppen zijn niet zó koel. Dit is de Gourishankar, de Everest van binnen. En als je voelt dat de koorts is verdwenen….het is er eigenlijk nooit geweest, het was alleen in het lichaam, heel, heel ver weg.
Er bestaat oneindige ruimte tussen jou en je lichaam – oneindige ruimte, zeg ik. Er bestaat een onoverbrugbare kloof tussen jou en je lichaam. En al het lijden vindt plaats aan de buitenkant. Hindoes zeggen dat het een droom is, want de afstand is zo enorm, onoverbrugbaar. Het is als een droom die zich ergens anders afspeelt – niet in jou – in een andere wereld, op een andere planeet.
Wanneer je naar het lijden kijkt ben je plotseling niet degene die lijdt, en je begint ervan te genieten. Door het lijden wordt je je bewust van de andere pool, het gelukkige innerlijke wezen. Als ik dus zeg, geniet, zeg ik: kijk. Ga terug naar de bron, naar je centrum. Dan is er ineens geen pijn, maar alleen ekstase.
Zij die aan de buitenkant zitten, hebben pijn. Voor hen geen ekstase. Voor degenen die naar hun centrum zijn gegaan, bestaat er geen pijn. Voor hen is er alleen ekstase.
Wanneer ik zeg, breek het kopje bedoel ik breek de buitenkant. En wanneer ik zeg, wees totaal leeg, bedoel ik ga terug naar de oorspronkelijke bron, want via leegte zijn we geboren, en naar leegte gaan we terug. Eigenlijk kun je het woord leegte beter gebruiken dan het woord God, want met God hebben we het gevoel dat er een persoon is. Boeddha gebruikte daarom nooit ‘God’, hij gebruikte altijd het woord sunyata — leegte, nietsheid. In het centrum ben je een niet-zijn, nietsheid, alleen enorme ruimte, altijd koel, stil, gelukzalig. Als ik dus zeg, geniet, bedoel ik kijk, en dan zul je genieten. Wanneer ik zeg geniet, bedoel ik: vlucht niet.
Osho: A Bird on the Wing.