Het wezen van de mens is zeer eenvoudig, maar zijn persoonlijkheid is dat niet. De persoonlijkheid is zeer complex. De persoonlijkheid is als een ui – er zijn vele lagen van conditionering, corruptie, vergiftiging. Verborgen achter vele lagen — wat Soefi’s filters noemen — is het eenvoudige wezen van de mens. Maar dat eenvoudige wezen zit achter zoveel filters dat je het niet kunt zien. En verborgen achter deze vele filters kun je de wereld ook niet zien — omdat alles wat jou bereikt is gecorrumpeerd door de filters voordat het jou bereikt. Niets bereikt je ooit zoals het is; je blijft het missen.
Wetenschappers zijn het met de Soefi’s eens. Wetenschappers zeggen dat we maar twee procent van de werkelijkheid zien. Slechts twee procent! Achtennegentig procent wordt gemist. Als je naar mij luistert, zul je slechts twee procent horen van wat er verteld is, van wat er gezegd is. Achtennegentig procent zal verloren gaan. En wanneer de achtennegentig procent verloren is gegaan, is die twee procent uit zijn verband gerukt. Het is alsof je willekeurig twee bladzijden uit een roman hebt genomen – één van hier, één van daar – en dan de hele roman begint te reconstrueren op basis van deze twee bladzijden. Achtennegentig bladzijden ontbreken. Je hebt geen flauw idee wat ze waren; je weet niet eens dat ze er waren. Je hebt maar twee bladzijden en je reconstrueert de hele roman opnieuw. Deze reconstructie is jouw uitvinding. Het is geen ontdekking van de waarheid, het is je verbeelding. En er is een innerlijke noodzaak om de gaten op te vullen. Wanneer je ziet dat twee dingen niets met elkaar te maken hebben, heeft de mind een innerlijke drang om ze met elkaar in verband te brengen. Anders voelt het zich erg ongemakkelijk. Dus verzin je een verband, je repareert die losse dingen met een verband, je overbrugt ze. En je blijft maar een wereld verzinnen die er niet is.