De vrouw als verfijning van de man

The Divine Melody, Commentaries on Das Kabir.
Na een groot aantal jaren is er een herdruk van ‘The Divine Melody’ bij Osho Media verschenen. Kabir was een Indiase wever, een eenvoudig handwerksman. Hij leefde in de 15e eeuw en bracht zijn inzichten over via gedichten en liederen. Zeshonderd jaar later geeft de eigentijdse mysticus Osho commentaar op deze poëzie en beantwoordt hij vragen die hieraan gerelateerd zijn. 
‘Liefde is de goddelijke melodie’ zegt Kabir. Osho geeft aan dat dit bestaan liefdesenergie is en de manier om die te ervaren, is door met het bestaan mee te stromen, er één mee te worden, door te realiseren dat je een uniek deel van het bestaan bent.
Osho wijst erop hoe de mens compleet geboren is, als een regenboog, het gehele spectrum, maar dat hij door extreme invloeden gefragmenteerd geraakt is. Hij zegt dat het leven een zoektocht naar het terugwinnen van ‘deze eenheid’ is en hij legt uit dat de mens ‘totaal zijn’ kan vinden door langs de chakra’s te gaan.
‘Van het eerste tot het zevende chakra, van de eerste liefde tot de laatste, is het een zoektocht. De zoektocht is naar eenheid. En tenzij je die eenheid gevonden hebt, is er geen rust.’

‘Als liefde eenmaal geboren is, heb je een centrum. Als liefde eenmaal geboren is, ben je gecentreerd en valt alles in harmonie met het centrum. Je wordt een orkest, een mooie harmonie.’

De vrouw als uiteindelijke verfijning.
Osho heeft het in dit boek verder o.a. over het scheppingsverhaal en over de interpretatie ervan door de christelijke theologen. Hij vindt die uitleg oppervlakkig en dat is het christendom en speciaal christelijke theologen eigen, zo zegt hij. Hun inzicht is alleen maar logisch, theoretisch en raakt nooit de diepere kern.
Volgens het scheppingsverhaal heeft God in zeven dagen de wereld geschapen; eerst creëerde hij materie en op het laatst schiep hij de mens. Vijf dagen lang was hij bezig met het scheppen van al het andere in de wereld – de materiële dingen, de dieren en de vogels – en toen schiep hij op de zesde dag de mens. En aan het einde van die zesde dag creëerde hij de vrouw. Dit heeft een speciale symbolische waarde: de vrouw is het laatste wat God schiep, zelfs de man komt niet in de laatste plaats. En de beeldspraak hierbij is nog mooier, omdat uitgedrukt wordt, dat hij de man uit de vrouw creëerde. Er werd immers een rib van Adam genomen en met behulp daarvan werd Eva geschapen.

Met andere woorden: de vrouw is een verfijning van de man, een zuiverder vorm. Oftewel: lest, best!
Vrouw zijn wil zeggen: intuïtie, poëzie en verbeeldingskracht. En man zijn betekent: wil, proza, logica en verstand. Dit zijn symbolen: de man heeft agressie als kwaliteit en de vrouw receptiviteit. En receptiviteit, ontvankelijkheid is de hoogste van de twee. Mannelijk wil zeggen: logica, redeneren, analyse en filosofie. Vrouwelijk betekent: religie, dichtkunst en verbeelding, alles is vloeiender en meer flexibel. De man vecht tegen God of het goddelijke. Wetenschap is een zuiver mannelijk bijproduct. De man is aan het vechten, hij worstelt en hij tracht te veroveren. De vrouw vecht nooit, zij verwelkomt alleen maar, zij wacht en ze is in overgave.