De rampspoed van oorlog

Als we niet het hele script van de mens transformeren, als we hem geen totaal nieuw programma van leven en zijn geven, kunnen we wel blijven praten over vrede, maar we zullen ons blijven voorbereiden op oorlog.

De mens heeft te lang onder de rampspoed van oorlog geleefd. We moeten alle oorlogsgoden vernietigen. In plaats daarvan moeten we een tempel van liefde creëren. We moeten alle oorlogsgoden doden, want alleen door hun dood – de oorlogsgod dood, alle oorlogsgoden dood – zal de god van de liefde geboren worden.
Oorlog bestaat. Niet omdat er buiten in de wereld groepen zijn die oorlog voeren. Oorlog bestaat in wezen omdat de mens in conflict is. De wortel van oorlog zit binnenin; aan de buitenkant zie je alleen de takken en het gebladerte ervan. Na elke tien jaar heeft de mensheid een grote wereldoorlog nodig. In tien jaar tijd stapelt de mens zoveel woede, waanzin, krankzinnigheid, in zich op dat het wel tot uitbarsting moet komen.

Als we niet het hele script van de mens transformeren, als we hem geen totaal nieuw programma van leven en zijn geven, kunnen we wel blijven praten over vrede, maar we zullen ons blijven voorbereiden op oorlog. Dat is wat we al duizenden jaren doen: praten over vrede en oorlog maken. Het absurde is dat we zelfs uit naam van de vrede hebben gevochten: de grootste oorlogen zijn uitgevochten uit naam van de vrede. Dit is een puur destructief verleden geweest. Met dezelfde energie had de mens het paradijs op aarde kunnen scheppen, maar het enige wat we hebben gedaan is een hel creëren. Maar het gaat er niet om de politieke ideologieën van de wereld te veranderen, het gaat er niet om mensen te leren om broeders te zijn, want dat is allemaal al gedaan en het heeft allemaal gefaald.

Er is iets fundamentelers mis. De mens is verdeeld en dezelfde mensen die het over vrede hebben zijn de oorzaak van de verdeeldheid. Ze hebben de mens verdeeld in goed en slecht, lager en hoger, aards en goddelijk, materieel en spiritueel. Ze hebben de menselijke ziel gespleten en er is een voortdurende oorlog van binnen aan de gang. Iedereen vecht met zichzelf en als het te veel wordt, beginnen ze met iemand anders te vechten.
Daarom zien mensen er in tijden van oorlog gelukkiger uit. Hun gezichten stralen van enthousiasme, ze dansen. Ze zijn opgewonden, omdat ze tenminste een paar dagen niet met zichzelf hoeven te vechten. Ze hebben buiten zich een zondebok gevonden. Het kan de fascist zijn, het kan de communist zijn, het kan de mohammedaan zijn, het kan de christen zijn – dat maakt niet uit, maar buiten is er iemand.
Het is om aan de innerlijke strijd te ontsnappen. Op een heel zieke manier geeft het ontspanning. Maar je kunt niet voortdurend oorlog blijven voeren, vroeg of laat moet de mens weer naar binnen keren. De politicus creëert oorlog van buiten, en de priester creëert oorlog van binnen. Dit is de langste en grootste samenzwering tegen de mensheid.

Mijn visie op een sannyasin is die van een geïntegreerde ziel. Het lichaam wordt gerespecteerd, niet ontkend. Het wordt geliefd, geprezen, men voelt zich er dankbaar voor. Materie wordt niet veroordeeld, er wordt van genoten. Het maakt deel uit van onze spirituele groei. Er is geen dualiteit: het is een dialectiek van groei. Zo lopen wij op twee benen, de vogel vliegt met twee vleugels. Materie en geest, lichaam en ziel, lager en hoger, zijn twee vleugels.
Wat ik hier probeer te brengen is iets volkomen nieuws, iets dat nog nooit eerder op aarde heeft bestaan: iemand die op zijn gemak is met beide werelden, het een en het ander. Iemand die zo werelds is als maar zijn kan en zo bovenwerelds is als maar zijn kan. Iemand die een grote synthese is. Iemand die niet schizofreen is, iemand die heel en heilig is. Dat is waar mijn sannyas over gaat.

Osho: Won’t You Join The Dance #4

Bron: Osho News.