De Bodhi boom

In India heb ik een paar plaatsen bezocht… De plaats waar Gautama Boeddha verlicht werd, heet Bodh Gaya. Het is een kleine tempel — een paar volgelingen hebben de tempel als een gedenkteken gemaakt, naast de boom waaronder Boeddha verlicht werd. Die boom herinnert zich nog steeds iets, en later ben ik te weten gekomen dat de bodhiboom een bepaalde substantie heeft die geen enkele andere boom heeft, en dat is de substantie die van een mens een genie maakt. Alleen genieën hebben die substantie in hun mind, en in de wereld van de bomen heeft alleen de bodhiboom die substantie. Misschien is hij meer opmerkzaam, meer ontvankelijk; hij heeft een zekere genialiteit.

   De Bodhi boom

Boeddha bleef vele jaren lang onder die boom. Het hele gebied is nog steeds geurig, en vlak naast de boom is de plek waar hij altijd ging wandelen. Als hij moe werd van het zitten mediteren dan ging hij lopen mediteren, dus hebben ze die plaats gemarkeerd door marmeren stenen. Maar als je onder de boom zit of over die marmeren stenen loopt, voel je dat je niet in deze wereld bent, dat deze plek iets heeft wat geen enkele andere plek heeft. Misschien is er op het moment dat Boeddha verlicht werd iets in hem ontploft en is het opgevangen door alles wat het kon opvangen. Vroeger dachten we… maar dat is niet zo. Nu is het bewezen dat bomen zeer gevoelig zijn, gevoeliger dan de mens — hun gevoeligheid heeft alleen een ander niveau.

Osho: Beyond Psychology #34 vraag 2

Gedurende vijfhonderd jaar na Boeddha werden er geen beelden van Boeddha gemaakt. In plaats daarvan werd alleen het beeld van de Bodhi boom vereerd. Het was heel erg mooi. Die mensen moeten het gesnapt hebben. Alleen de Bodhi boom werd vereerd. In boeddhistische tempels was er alleen een symbool van de Bodhi boom. Omdat op dat moment Boeddha volledig was verdwenen. Hij was er niet, alleen de Bodhi boom was er. Hij was helemaal weg.
Als je verdwijnt, verschijn je. Niet-zijn is de manier waarop je echt bent.


Afbeelding van de tempel gebouwd door Asoka te Bodh Gaya rond de Bodhi boom.

En dit kan in het gewone leven gebeuren. Je hoeft niet naar de Himalaya of naar een klooster te gaan. Er zijn miljoenen kansen in het gewone leven, miljoenen gedenkwaardige situaties waarin dit kan gebeuren. Je moet alleen een beetje waakzaam zijn en een beetje moedig om ze te gebruiken. Als je ze eenmaal begint te gebruiken, zullen er steeds meer situaties komen. Ze zijn er altijd al geweest, maar je was je er niet bewust van en daarom heb je ze gemist.

Op het strand een zonnebad zitten nemen, smelten met de zon. Het is een energetische ervaring. Plotseling zie je dat je niets anders bent dan zonne-energie. Smeltend de zon ontmoeten kwamen Hindoes ertoe de zon te aanbidden. Ze zeiden: ‘De zon is god.’ Ze zeiden: ‘De maan is god.’ Ze aanbaden bomen als goddelijk. Ze aanbaden rivieren, bergen.
Dat zegt heel veel. Waar het ook gebeurde dat ze god ontmoetten… tijdens het zitten aan de oever van een rivier, het luisteren naar de prachtige muziek van de rivier, het zien van de prachtige patronen van rimpelingen, als ze smolten, oplosten, werd de rivier de god. Daar gebeurde het. Zittend op een eenzame berg, losten zij op en verdwenen — die berg werd hun god.

God komt op miljoenen manieren naar je toe, maar je ego staat je nooit toe hem te zien. En hij komt steeds op zo’n gewone manier dat je het mist. Hij komt nooit als een vorst met een grote processie, met een grote band en lawaai en ophef. Hij komt nooit op die manier. Alleen dwaze mensen doen dat. God komt heel stilletjes — hij komt nooit schreeuwend, hij komt fluisterend. Je moet heel stil zijn om zijn boodschap te begrijpen. Het is een liefdesgefluister. En de mens heeft de neiging om het natuurlijke te vergeten.

Osho: The Discipline of Transcendence Vol 2 #8 vraag 1