Bewust zijn

De monnik Zuigan begon elke dag met hardop tegen zichzelf te zeggen: 
‘Meester, bent u daar?’
En hij zou antwoorden, ‘Ja meneer, ik ben er.’ 
Dan zei hij, ‘Word nuchter.’
En hij zou antwoorden, ‘Ja meneer, dat zal ik doen.’
Dan zou hij zeggen, ‘Kijk uit en laat je niet voor de gek houden.’ 
En hij zou antwoorden, ‘Oh nee meneer, dat doe ik niet, dat doe ik niet.’

Meditatie kan geen gefragmenteerd iets zijn, het moet een voortdurende inspanning zijn. Elk moment moet men alert, bewust en meditatief zijn. Maar de geest heeft een truc uitgehaald: je mediteert ‘s morgens en dan leg je het naast je neer; of je bidt in de tempel en dan vergeet je het. Dan kom je terug in de wereld, volkomen on-meditatief, bewusteloos, alsof je in een hypnotische slaap wandelt.
Deze gefragmenteerde inspanning zal niet veel uithalen. Hoe kun je een uur mediteren als je drieëntwintig uur van de dag niet-meditatief bent geweest? Het is onmogelijk. Plotseling een uur meditatief worden is niet mogelijk. Je kunt jezelf gewoon bedriegen. Bewustzijn is een continuüm; het is als een rivier, die constant stroomt. Als je de hele dag meditatief bent, elk moment ervan… en alleen als je de hele dag meditatief bent, zal de bloei tot je komen. Niets zal eerder komen.

Deze Zen anekdote lijkt absurd maar is zeer betekenisvol. De meester, de monnik, riep zichzelf — dit is wat meditatie betekent, jezelf roepen — hij riep zijn eigen naam. Hij zou zeggen, ‘Ben je daar?’ En hijzelf zou antwoorden, ‘Ja meneer, ik ben hier.’ Dit is een inspanning, een piek inspanning, om alert te zijn. Je kunt dit gebruiken, het zal zeer nuttig zijn. Plotseling, als je op straat loopt, roep je jezelf toe: ‘Hé, ben je daar?’ Plotseling stopt het denken, en moet je antwoorden: ‘Ja meneer, ik ben hier.’ Het brengt je tot een focus. Wanneer het denken stopt, ben je meditatief, alert. Dit tot jezelf roepen is een techniek. Als je gaat slapen, als je ‘s nachts het licht uitdoet, roep je plotseling: ‘Ben je daar?’ En in die duisternis komt alertheid. Je wordt een vlam en van binnen antwoord je: ‘Ja, ik ben hier.’

En dan zei deze monnik altijd: ‘Word nuchter!’ Wees oprecht, wees authentiek; speel geen spelletje. Hij riep altijd naar zichzelf, ‘Nuchter worden!’ En hij antwoordde: ‘Ja, ik zal alles doen wat ik kan.’ Ons hele leven is een spelletje. Je kunt het doen omdat je je niet bewust bent van hoe je tijd verspilt, hoe je energie verspilt — hoe het leven verspild wordt ben je je niet bewust. Het loopt door de gootsteen. Alles loopt door de gootsteen. Pas als de dood tot je komt, kun je je bewust worden, alert: Wat heb ik gedaan? Wat heb ik met het leven gedaan? Een grote kans is verloren gegaan. Wat was ik aan het dollen? Ik was niet nuchter. Ik heb nooit nagedacht over wat ik aan het doen was.

Het leven is niet alleen om voorbij te gaan, het is om ergens diep in je te reiken. Het leven is niet aan de oppervlakte, het is niet de omtrek, het is het centrum. En je hebt het centrum nog niet bereikt. Word nuchter! Er is al genoeg tijd verspild. Wees alert en kijk wat je aan het doen bent. En wat ben je aan het doen? Op zoek naar geld? Het is uiteindelijk, uiteindelijk nutteloos. Het is weer een spel, het geldspel. Je hebt meer dan anderen, je voelt je goed; anderen hebben meer dan jij, je voelt je slecht. Het is een spel. Maar wat is de zin ervan? Wat win je ermee? Zelfs al heb je al het geld dat de wereld rijk is, op het moment van je dood zul je sterven als een bedelaar. Dus de hele rijkdom van de wereld kan je niet rijk maken. Spelletjes kunnen je niet rijk maken. Word nuchter!

Iemand is uit op macht, prestige, iemand is uit op seks, en iemand is uit op iets anders. Alles is een spel. Tenzij je het centrum van je wezen raakt, is alles een spel. Aan de oppervlakte bestaan alleen maar spelletjes, en aan de oppervlakte zijn alleen maar golven, en in die golven zul je alleen maar lijden en afdrijven. Je kunt niet in jezelf verankerd zijn. Daarom moest hij roepen: ‘Word nuchter!’ Hij zei: ‘Speel geen spelletjes.’
Genoeg, je hebt genoeg gespeeld. Wees niet meer dwaas. Gebruik het leven voor verankering, gebruik het leven om wortels te krijgen, gebruik het leven als een kans om het goddelijke te bereiken. Je zit net buiten de tempel, je zit net op de trappen, je speelt spelletjes, en het ultieme wacht net achter je. Klop en de deur zal voor je worden geopend… Maar je hebt geen tijd meer over van de spelletjes.

‘Ontnuchteren’ betekent onthouden wat je aan het doen bent en waarom je het aan het doen bent. Maar zelfs als je slaagt, waar kun je dan komen? Dit is de paradox – dat wanneer een man in deze dwaze spelletjes slaagt, hij zich er voor het eerst van bewust wordt dat de hele zaak onzin is geweest. Alleen zij die nooit slagen blijven het spel spelen; zij die slagen worden zich er plotseling van bewust dat er niets bereikt is. Vraag een Alexander de Grote, vraag een Napoleon wat hij bereikt heeft.

Osho, A Bird on the Wing # 11